oudwwijk
Digitaal erfgoed

Landbouwbond

05 augustus 1893
Acte getekend huis Koster Poppink

Doel van deze vereniging was de belangen zijner leden te bevorderen, voor zover deze in betrekking stonden tot de landbouw en veeteelt.

Filialen

Woold 1924
Meddo 1927,
Ratum 1927
Huppel 1928
Kotten 1930
Corle 1931
Miste en Brinkheurne in 1932

In het jaar 1924 werd voor het eerst begonnen met verzending van varkens en kalveren naar de markten en exportslachterijen.
In het jaar 1924 werd voor het eerst overgegaan tot aankoop van steenkolen en briketten.

01-02-1930: Eerste directeur Gerrit Jan Wesselink (1955- 25 jaar in dienst)
Geb: 26-12-1895 Vorden
Ovl: 13-11-1970 (74)
Echtg: Dina Hendrika Boomkamp
Geb: 19-10-1896 Ambt Doetinchem
Ovl: 30-03-1994
Woonadres: Groenloseweg 69-II


1963: J.H.Muntinga
Echtg: P. van der Velde
Woonadres: Javastraat 37)
1964: Ontslagaanvraag J.H.Muntinga (onenigheden)

01-01-1930: 960 leden
30-06-1945: 1101 leden

Lees verder

Cafe Spoorzicht Tuunterstraat

Tuunterstraat 39
Gebouwd: 1929
Geurkink (Const.1929-1952) Echtg. J.C.Simmelink Tuunterstraat 26
Jan Derk Geurkink
Geb: 21-09-1886 Winterswijk, landbouwer, cafehouder 
Ovl: 14-02-1974 Winterswijk
Janna Christina Simmelink
Geb: 11-06-1891 Winterswijk
Ovl:12-01-1970 Winterswijk

Lammers: 1954-1960: Tuunterstraat 39
Verkoop- en veilinglokaal B.H.Lammers
Ook in 1968 nog verkoop op deze lokatie

Berend Hendrik Lammers
Geb: 11-04-1895
Ovl: 30-06-1968
Jansje Gerharda Lammers
Geb:03-09-1899
Ovl: 13-10-1960 (61)


A.J.Wensink (const.1961)
Arend Jan Wensink
Geb: 08-05-1933
Ovl: 06-02-2006
J.B.Wensink-Lammers (Dochter)


Dijkgraaf (const.1963-1980)
J.Dijkgraaf
J.G.Dijkgraaf- te Hennepe

W.Dijkgraaf (Willy)
J. Dijkgraaf (Joke)

Bron: Delpher
Bron:Delpher
Bron:Delpher
Bron:Delpher
Bron:Delpher
Lees verder

Johannes Verwers

Zie ook:
Bekende Winterswijkers
Tweede Wereldoorlog- J.R.Verwers- Een Groot man

27-02-1970 NWC

De heer J.R.Verwers overleden
Man met grote belangstelling voor de Winterswijkse gemeenschap

Op de leeftijd van 74 jaar is overleden de heer J. R. Verwers vroeger hoofd van de inspectie der directe belastingen alhier.
Wijlen de heer Verwers heeft, vooral in de jaren na de tweede wereldoorlog zijn stempel gedrukt op de Winterswijkse gemeenschap.
Hij ontwikkelde tal van initiatieven, was bestuurslid van vele verenigingen en instellingen, was raadslid en had zitting in verschillende gemeentelijke commissies.
Zijn vriendelijke persoonlijkheid, zijn mild oordeel en zijn wil tot samenwerking hadden tot gevolg dat hij veel vrienden had, temeer ook daar hij personen en zaken van elkaar wist te scheiden.
Waarschijnlijk heeft geen enkele Winterswijker ooit meer functies in het openbare leven gehad als wijlen de heer Verwers. Hij werd door iedereen aanvaard, hij wist zijn enthousiasme op anderen over te brengen. Hij was een gemeenschapsmens bij uitnemendheid.

Dat bleek o.a. elk jaar weer als hij tijdens de begrotingsvergadering als fractievoorzitter van de P.v.d.A. zijn algemene beschouwingen hield. In die beschouwingen zat een stuk idealisme, zonder dat de zin voor de werkelijkheid verloren ging.
Hij heeft bijna dertig jaar zitting gehad inde gemeenteraad. In 1937 werd hij als raadslid gekozen voor de Vrijzinnig Democratische Bond. Na de oorlog kreeg hij meteen weer zitting in de noodgemeenteraad en toen in 1946 de Partij van de Arbeid werd opgericht, werd hij daar lid van.
Voor deze partij kreeg hij zitting in de gemeenteraad. In 1966 legde hij “deze functie neer. In de dertig jaar dat hij zitting had inde gemeenteraad ontwikkelde hij tal van initiatieven. Hij had zitting in veel gemeentelijke commissies. Eén daarvan als voorbeeld : de raadscommissie voor electrificatie van de buurtschappen, waarvan hij voorzitter was.
De heer Verwers viel op 14 november 1958 de eer te beurt de laatste petroleumlamp uit te blazen. Toen had de commissie vier jaar gewerkt en in die vier jaar waren 728 boerderijen op het electriciteitsnet aangesloten.

Hij had verder nog zitting in tal van andere commissies: de reclamecommissie, de verkeerscomnjissie, de sportraad. Ook op het gebied van de cultuurspreiding nam hij initiatieven en verrichtte hij veel werk.
Hij was een van de mensen die zich hebben ingezet voor de stichting Van het openluchttheater. Dat het met dit theater niet zo gelopen is, zoals hij zich had voorgesteld, heeft niet aan hem gelegen.

Onderscheidingen
Ook de sport had zijn belangstelling.
Ruim twintig jaar was hij consul van de KNVB. Bij zijn afscheid, op 12 april 1956, ‘ontving hij de zilveren speld van deze bond.
Dat was trouwens 1 niet de enige onderscheiding die de heer Verwers ontving. Zijn vele werk op allerlei gebied werd gewaardeerd door zijn benoeming tot Officier inde Orde van Oranje Nassau op 29 april 1958.
Een persoonlijke onderscheiding was ontegenzeggelijk de uitnodiging tot bijwoning van de bijzetting van het stoffelijk overschot van Prinses Wilhelmina op 8 december 1962.

In de oorlog speelde de heer Verwers een rol die veel waardering ondervond bij alle Nederlanders die aan de goede kant stonden.
De Duitsers hadden minder waardering voor hem. En zo kon het gebeuren dat hij één van de gijzelaars werd die met hun leven borg moesten staan voor de aanmelding van spitters uit Winterswijk.
Na de oorlog nam hij het initiatief voor het oprichten van een monument voor Tante Riek. De onthulling daarvan geschiedde destijds door Prinses Wilhelmina.
Een andere activiteit was het lidmaatschap van het comité ter nagedachtenis van gesneuvelde Winterswijkers. Elk jaar zorgde de heer Verwers, samen met anderen, er voor dat er op 4 mei bloemen op de graven werden gelegd.

In tal van verenigingen had de heer Verwers een bestuursfunctie. Hij was vele jaren voorzitter en bestuurslid van het Rode Kruis in Winterswijk.
Hij was bestuurslid en vice-voorzitter van de Technische School. Hij was voorzitter van de afdeling Winterswijk van de P.v.d.A.
Voor diezelfde partij was hij lid van de provinciale staten.
Hij was bestuurslid van de vereniging tot bestrijding der t.b c.
En zo waren er nog wel meer verenigingen die dankbaar profiteerden van de werklust, het enthousiasme en het organisatievermogen van de heer Verwers.
De heer Verwers werd geboren in Brakel. Later verhuisden zijn ouders naar Zoeterneer. In Gouda liep hij de h.b.s. af. Hij was van plan om dierenarts te worden maar de mobilisatie zette voorlopig een streep door zijn plannen. Tot februari 1919 was hij reserve officier. Toen besloot hij een baan te zoeken bij de belastingen en op 1 april trad hij daar in dienst. Hij was vervolgens werkzaam in Winschoten Nijmegen en kwam in mei 1928 naar Winterswijk als hoofd van de inspectie.

Tijdens raadsvergadering herdacht
Tijdens de raadsvergadering heeft burgemeester Vlam met enkele gevoelvolle woorden de heer Verwers herdacht.
Hij noemde de overledene een sociaal bewogen man, die ook in de laatste jaren nog belangstelling toonde voor het wel en wee van Winterswijk ondanks het feit dat zijn ziekte dit erg moeilijk maakte.
De burgemeester herinnerde er aan dat de heer Verwers destijds, als voorzitter van de electrficatiecommissie de laatste petroleumlamp in Winterswijk heeft uitgeblazen. Nu is de levenslamp van de heer Verwers uitgeblazen”, zo besloot de burgemeester.
Met enkele ogenblikken stilte werd daarna de heer Verwers herdacht.




Lees verder

G.O.I.W.

Gemeenschap Oud-Illegale Werkers
Opgericht: 26 april 1945

Bestuur:
J.W.Zonneville voorzitter
W.S.Lelieveld, secretaris
P.Kuipers

Lees verder

Wim Bults

Wim Bults, Ratumsestraat 42 (verl.1947 Truus van Beugen-Goes)
Harmen Jan Hemink Vredenseweg 18 (21-06-1927 W’wijk)
(Vrijw.soldaat 1e klas)
Beide naar Indie tot 27 april 1948 (komen ze thuis)

Het was op 9 Sept. 1944 dat twee Winterswijkse jongens, Wim Bults en Jan Hemink, resp. 18 en 17 jaar, de ouderlijke woning verlieten om zoals ze zeiden een wandeling te maken.
In werkelijkheid bestond die wandeling echter in een poging om contact te krijgen met het geallieerde leger en zodoende daadwerkelijk mede te helpen aan de bevrijding van het vaderland.
Het was de laatste dag voor de spoorwegstaking en nog diezelfde dag arriveerden ze in ’s-Hertogenbosch, waar ze de nacht doorbrachten buiten de stad bij een boer.
Vandaar trokken ze verder naar Gilze-Rijen waar ze onderdak vonden op een boerderij, waarvan de man en zijn vrouw waren gevangen genomen door de Duitsers.
Onmiddellijk kwamen ze in contact met de illegale beweging daar en namen deel aan strooptochten naar het in de nabijheid gelegen vliegveld, waarbij ze de vijand allerlei schade berokkenden en afbreuk deden.
Zo kwamen ze op een avond thuis met twee stukken geschut met munitie en bestond Jan Heming het zelfs om in zijn eentje op klaarlichte dag een 2 cm. kanon buit te maken. Bij het „organiseren” van handgranaten op datzelfde vliegveld, werd Wim Bults echter op zekere morgen met twee kameraden uit Werkendam op heterdaad betrapt en gevangen genomen. Een der Werkendammers had bovendien nog een armband van de illegale ploeg in zijn bezit dus zag het er voor de jongens allesbehalve prettig uit.
Ze werden overgebracht naar Delft waar ze de gehele dag houtjes moesten hakken voor de generator van de auto, waarmede ze die avond Duitsland zouden worden overgebracht.
Om 8 uur ’s avonds kwam er echter bericht dat het transport was uitgesteld tot de andere dag en nog die zelfde nacht wisten ze met behulp van een Duitse kok. die mede deserteerde, te ontvluchten.
Ze kwamen een paar dagen later weer in Brabant terecht, waar Wim werd opgezocht, tot dat de ploeg opnieuw compleet was,, klaar voor het werk.
In verband met de veiligheid werd besloten het werkterrein te verleggen naar Breda, waar ze ingedeeld in een illegale ploeg, aan de bevrijding van die stad hebben meegeholpen. Voor hun dapperheid werden ze hier met de gehele ploeg door Prins Bernhard onderscheiden met een draagmedaille, zijnde een bronzen leeuw met de code van hun illegale ploeg D 68.
Naar ze beweerden was hiermede de mooiste tijd van hun avontuurlijke jaar afgesloten Ze werden nu onmiddellijk bij het Stoottroepen-regiment „Brabant ingedeeld en reeds eind October lagen ze inde voorste linie van het front
Weinig spreken de jongens over hun Belevenissen van deze tijd. trekken
Als men hun er naar vraagt, trekken ze de schouders op en zeggen. Och, ik
weet niet”, doch uit de militaire pers blijkt wel, dat de stoottroepen een krachtigen steun zijn geweest voor de geallieerden bij de bevrijding van ons
land. (Zie o.a. de „Pen Gun” van de eerste week van September over de stoottroepen in St. Filipsland).

Wim Bults was in de daarin vermelde nacht op post in post David. „’t Was mijn vuurdoop, maar we hebben het later nog wel erger gehad” zegt hij, zonder te zeggen wat dat geweest is.
Toen de capitulatie van Duitsland een feit was, hebben de jongens zich opgegeven voor Indië en kregen hun opleiding en training daarvoor in Brabant.
En Zondag 9 September 1945, dus juist een jaar nadat ze „aan. de ‘wandel” gingen, zijn ze vertrokken uit Rotterdam naar Engeland om uitgerust te worden voor Indonesië, waar de hulp van het moederland zoo dringend nodig is.

Lees verder

Herdenking spoorwegstaking

19-09-1945m Graafschapper

Wat er te Winterswijk gebeurde.
Door het personeel der Ned. Spoorwegen te Winterswijk is de spoorwegstaking 1944 op passende wijze herdacht.
Nadat alle personeelsleden Maandag hadden gecollecteerd ten bate van de spoorweg T.B.C.-vereeniging te Utrecht, verzamelden zij zich ’s avonds met hun dames op het stationsplein.
In optocht, met muziek van de W.0.V., trok men daarna naar het Feestgebouw, waar’ de herdenkingsbijeenkomst plaats had.
Allereerst werd hier met groote aandacht de radio-reportages van „Herrijzend Nederland” beluisterd, betreffende de in Utrecht gehouden herdenking,
waarna de stationschef de heer G. Frederiks. een rede uitsprak. Spr. herinnerde er aan, dat het 17 September een jaar geleden was, dat de spoorwegstaking door de Nederl. regeering te Londen geproclameerd werd.

De eerste dagen na deze afkondiging ontstond er een hevige spanning onder het personeel, vooral, omdat het geenszins op een staking voorbereid was en rekening gehouden moest worden met de ernstige gevolgen, die zij met zich bracht.
Spr. deed vervolgens interessante mededeelingen over de situatie te Winterswijk. Het emplacement stond vol wagens steenkolen en aardappels en het was van groot belang voor het Nederl. volk, dat die wagens hun bestemming nog bereikten. Er was overigens geen enkele militaire wagon aanwezig.
In overleg met een bevoegde illegale instantie werd daarom besloten deze wagens eerst af te voeren en daarna den arbeid neer te leggen, waarbij het personeel zich stellig voornam geen enkele handeling te verrichten, waarvan de Wehrmacht voordeel kon hebben.
Donderdag 21 Sept., aldus zeide spr., kwamen eenige Duitschers op mijn bureau, die namens den Beauftragte te Arnhem een extra trein eischten voor het vervoer van spitters naar Zevenaar. Hoewel er een paar locomotieven op het emplacement stonden, zeide ik hun. dat ik geen machine had en dat zij zich maar tot Zutphen moesten wenden.

Mopperend zijn ze toen weggegaan.
Toen was het feit beslist! Het stationspersoneel was van vreemde smetten vrij en zeer solidair. Als één man werd daarop den volgenden morgen den arbeid gestaakt, waarna ieder, zoo goed en zoo kwaad het ging, een goed heenkomen zocht. Spr. releveerde treffende staaltjes van medeleven en had alle waardeering voor hen, die den spoormenschen onderdak verleenden, doch kan niet verheelen te zeggen, dat zeer velen een angstigen en moeilijken tijd hebben doorgemaakt.
Het was dan ook speciaal voor de spoormenschen een groote verademing, toen 31 Maart Winterswijk werd bevrijd. Successievelijk kwamen ze uit hun schuilplaatsen te voorschijn en tot zijn groote blijdschap deed spr. de mededeeling, dat na enkele dagen allen zich weer present hadden gemeld. Een lichtzijde, aldus spr., van deze drukkende tijden is geweest, dat het saamhoorigheids gevoel bij de spoormenschen sterk is toegenomen.

Op het station en emplacement zag het er troosteloos uit, evenals in de woningen van velen. Met man en macht zijn de herstellingen aangepakt en thans is het zoover, dat eerstdaags de dienst weer hervat kan worden.
Op deze rede volgde een langdurig applaus.
Aan dezen avond werkten verder mede. mevr. Te Lintum-Stegeman en de heer B. Wiggers, beiden zang en de jeugdige accordeonist Kolthof, die veel succes oogstten. Ook het optreden van den heer B. Stegeman met zijn „Achterhooksche möpkes” viel zeer inden smaak.

In den loop van den avond vond de heer Frederiks nog gelegenheid een hartelijk woord van dank te richten tot dr. Ter haar van wien de spoormenschen veel steun hebben ondervonden en die zooveel lief en leed met hen medemaakte.
Voorts werden de beambten Hekkelman, Bomers, Steenhuizen en Riggelink, dié den dienst met pensioen verlaten; een groepsfoto van het gansche personeel aangeboden. In het bijzonder bracht de chef een woord van hulde en dank aan den heer Bomers, die kans heeft gezien in de 38 jaar, die hij meeloopt, geen enkele straf op te loopen.

Lees verder

Jaap Rooke

Jacobus Sebastianus Rooke
Geb: 24-10-1899 Amsterdam
Ovl: 09-10-1984 Ermelo

Winterswijk: 1932-1955
Kortestraat 3 (1947)

Lees verder

Friema’s automatiek

08 november 1938

Opening van Friema’s Automatiek en snelbuffet

Dat men in Winterswijk met z’n tijd meegaat blijkt uit de opening in het pand Misterstraat 58 van een cafétaria, een z.g. snelbuffet, met gezellig zitje, waar men tegen goedkoope prijzen allerlei lekkere hapjes en schotels, benevens dranken, verkrijgen kan.
Aan de zaak is tevens Friema’s Automatiek verbonden, die dag en nacht toegankelijk is. Fijne eetwaren, delicatessen en andere eetwaren vindt men er te kust en te keur. Ook zijn er automaten voor sigaren en sigaretten.
De zaak wordt geëxploiteerd door den heer F. J. Berens, die ter gelegenheid van de opening zijn cliëntele eenige attracties bood. Velen kwamen er Zaterdag’ een kijkje nemen.
Gaarne wenschen weden heer Berens veel succes.

Lees verder

Algemeen Campings

In 1958 zijn er vier Campings.
1.Gemeentelijk kampeerterrein bij het Strandbad,
2. Roerdinkholder bij de Italiaanse Meren
3. Wiltershaar (oudste camping)
4. Misterhof . Fam. Breukink

Lees verder