Kort na de bevrijding bood een schroothandelaar een Russisch kanon aan de heer Harm Westerdiep, garagehouder aan de Misterstraat, te koop aan.
Het betrof overigens geen echte koop, maar een ruil, want Westrdiep betaalde met een aantal oude motoren en oud ijzer.
Eigenlijk was er ook geen sprake van een kanon, maar van een loop.
Voorlopig belandde het 1500 kilo zware gevaarte achter een muurtje bij de zaak en werd er nauwelijks nog naar gekeken.
Enkele maanden later kwam er een heer bij de garage aan de Misterstraat informeren of het juist was, dat de heer Westerdiep inderdaad de loop van een kanon bezay. Op de vraag wie hij was, bleek het iemand van het Ministerie van Defensie te zijn, die bezig was oorlogsbuit op te sporen en in beslag te nemen.
Westerdiep vroeg hoe het mogelijk was dat ze in Den Haag konden zien, dat er in Winterswijk achter een muurtje een kanonsloop lag en wie dit had verraden. Een complete tank in Doetinchem zou dan toch zeker ook wel in beslag worden genomen. Die bleek van de gemeente Doetinchem te zijn.
Was dat dan geen oorlogsbuit? Toen Westerdiep vertelde, dat het de bedoeling was de loop op een voetstuk te plaatsen en deze voor de garage als curiositeit neer te zetten, kreeg hij de raad een brief naar het ministerie te schrijven met uiteenzetting van zijn plannen.
De brief zou dan bij de bezoeker uit Den Haag op het bureau komen en deze gaf de verzekering, dat hij gunstig over het plan zou oordelen. Wel moest Westerdiep een bedrag aan de staat betalen van honderd gulden, In feite werd het kanon dus twee keer gekocht.
Omzwervingen
Duitse soldaten van de Vijftiende Pantserdivisie hadden gedurende de oorlog vier van dergelijke kanonnen buitgemaakt, waarschijnlijk niet ver van Stalingrad. Het is ook mogelijk dat het bij Rostock was. Na omzwervingen in Europa zijn de Duitsers er mee in Frankrijk terechtgekomen, waar ze tegen het geallieerde invasieleger in Normandië werden ingezet. Ook in Nederland werden ze gebruikt.
Eén van de vier kanonnen moet in Arnhem een voltreffer hebben gekregen en met de drie andere kwamen de Duitsers naar de Achterhoek. Op 29 maart 1945 zou er nog mee op de Engelsen in de buitenwijken van Bocholt zijn geschoten. In maart 1945 stond het ene bewuste kanon, samen met enkele andere stukken geschut, opgesteld in de buurt van houthandel Meerdink aan de Parallelweg op de Houtlading met de bedoeling de uit het zuiden naderende geallieerden te bestoken.
Kennelijk hadden de Duitsers bij hun toch wat overhaaste vertrek niet de tijd of de gelegenheid het kanon mee te nemen, want een boekje over de bevrijding van Winterswijk, dat door de heren Aalders en Ruwhof is geschreven, staat dat op de dag van de bevrijding, op vrijdag 30 maart dus, dichte op-stijgende rookwolken in de richting van het station waren te zien.
Die bleken achteraf afkomstig te zijn van door de Duitsers in brand gestoken kanonnen. Twee andere zouden door de Duitsers op hun terugtocht zijn meegenomen. Doordat de Duitsers voortijdig de aftocht bliezen, zal Winterswijk ongetwijfeld heel wat ellende zijn bespaard.
Er staat een vrij uitvoeirge tekst op het kanon, maar die blijkt hoofdzakelijk technische informatie te bevatten. Het enige dat een beetje redelijk is te vertalen is dat het houwisterkanon in 1937 werd gebouwd. Verder lijkt er iets op te staan wat betreft het kaliber en dat zou dan 52 milimeter moeten zijn, maar het lijkt, gezien de doorsnede van de loop, nogal twijfelachtig of dat wel juist is.
Belangstelling
Het was dus al vrij snel na de bevrijding, dat Westerdiep in het bezit kwam van het kanon. Het onderstel heeft nog geruime tijd bij het houttransport op de Houtlading dienst gedaan. Vooral in de jaren vijftig trok het Russisch kanon veel belangstelling van Duitsers. Sommigen lieten zich bij de buit fotograferen- iets dat Westerdiep niet zo kon waarderen.
‘Misschien hadden ze er zelf nog wel mee geschoten” , heeft hij wel eens opgemerkt. Bij de verhuizing van het bedrijf in 1981 ging het kanon mee naar de Tuunterstraat. Bij de opheffing van het garagebedrijf besloot J.H.Westerdiep (eveneens Harm, zoon van de hierboven genoemde) het Russisch kanon te schenken aan de Vereniging Het Museum. Voorwaarde was (en is), dat het hoe dan ook in Winterswijk zal blijven. Daarom staat het nu sinds april dit jaar in de tuin van Feriks. Hopelijk een rustpunt na zo vele omzwervingen.
Willem Peletier
Freriks Nieuws, augustus 2008, nr.125
De loop staat nu achter de Museumfabriek aan de Laan van Hilbelink, zichtbaar in de bocht van de Zonnebrink naast De Koem.
De beste plek is vlgs. de eigenaar in het Woold bij het oorlogsmonument,
In maart 1945 zou het kanon nog gebruikt zijn in Bocholt.