Johannes Franciscus de Meijer Geb; 07-12-1879 Borne Ovl: Echtg:30-10-1908 Winterswijk Cornelia Everdina de Meijer-Groenhuisen Geb: 11-03-1880 Utrecht Ovl: 09-06-1958 Winterswijk
Logement – Koffijhuis De Kroon van de Fam. Johannes Antonius Balink (24-02-1786 – 14-11-1862). In 1863 zetten de erven het Logement te koop. Echtgenote: Henrica Berndina ter Steeg Vader; Albert Balink (1745)
Herberg ‘Stad Munster’ waar de familie Schoemaker meer dan twee eeuwen heeft gewoond.
Het is niet onwaarschijnlijk dat hier in 1533 al een Jan Schoemakers woonde. De familie Schoemakers waren roomsgezind. 1492 stichtte Johannes Sutoris oftewel Joannes Schomakers de vicarie van St.Antonius. Johannes was Priester van het bisdom Munster. Johannes leefde in concubinaat met zijn dienstmaagd genaamd Huninck, die hem twee zoons schonk.Joannes en Henricus. In de Stichtingsakte heten ze formeel Huninck, maar noemen zich dagelijks Schoemaker. Joannes doet in 1531 afstand van zijn genot van de vicarie. Henricus was tevens kapelaan en werd in 1531 bezitter van de vicarie. ‘Heer’Henrick Schomaker genaamd. Ook hij leefde in concubinaat met zijn huishoudster, die hem vier kinderen schonk: Wibbolt, Herman, Wilhelm en Naelken. In 1549 droeg Henrick al zijn goederen over aan haar ‘omdat zij hem goedwillend gediend had’ en zijn kinderen. Henrick’s zoon Herman zal Henrick opvolgen als vicarius. Herman Schomaker overleed waarschijnlijk in de loop van 1579
In 1581 werd Diederich Weddelinck vicaris, Diederich’s moeder heette Lebbinck, genaamd Schoemaker en dus uit de lijn van Joannes, de andere zoon v.d. Stichter. Wilhelm, de jongere broer van Herman verzette zich hiertegen en in 1609 wees het hof hem het vicarie toe.
Hendrick Schoemaker, genaamd Lebbinck uit de lijn van Joannes, wilde eerst vicaris worden, maar dit werd hem ontnomen door Wilhelm. Hendrick was o.a.herbergier en in 1588 51 jaar oud en sedert enige jaren gehuwd met zijn derde vrouw. Uit zijn eerste huwelijk had hij twee dochters en uit zijn derde huwelijk vijf kinderen.
Na zijn dood in (omstreeks) 1590 begon de strijd om de erfenis. Het pand moest verkocht worden en Henricks zoon Derck kocht het ruim dertig jaren later terug. Tot die tijd had hij het gehuurd.
Ook Derck, evenals zijn vader trouw aan Rome, herbergier, trouwde met Vrede Rauwertsz, dochter van pastoor Johan Rauwertsz. In 1619 werd Derck Provisor der armen. In 1620 ging het recht v.d.St.Antonius-vicarie op hem over. Derck overleed in 1633 en liet vijf kinderen na, waaronder twee zoons, Jan en Berent. Ook zoon Jan Schoemaker (tevens vicaris) werd herbergier, ook had hij hiernaast een brouwhuis. Jan trouwde met Elisabet Rump, waar hij waarschijnlijk een zoon bij kreeg. Derck (deftig Theodorus) genaamd naar zijn grootvader. In 1646 kwam de klacht binnen bij het hof dat Jan Schoemaker nooit geen vicaris kon zijn, aangezien hij getrouwd was. Jan overleed in 1949 en het recht ging over op zijn broer Berent.
Derck (Theodorus) jr. werd tevens herbergier. Trouwde in 1655 met Henrica Hardes (ovl.1672), een dochter van de niet onvermogende Jan Hardes. Derck was evenals zijn voorgeslacht een trouw aanhanger van de Roomse kerk. Zakelijk ging het Derk niet voor de wind en hij kwam dan ook in financiele problemen. Tussen 1687 en 1969 is hij overleden. In 1686 had hij nog zijn neef Gerhardt Schoemaker sterk afgeraden te trouwen met Elisabeth Meijs. Deze trouwde echter toch met Elisabeth en zijn vertrokken naar Friesland. Echter Gerhardt overleed al in 1699 en was Elisabeth weduwe. In dat jaar kocht zij het bloedvicarie van haar zwager Herman Schoemaker als wraak op de familie. Zij zal waarschijnlijk de bedoeling hebben gehad Jan Schoemaker de pas af te snijden. Elisabeth won de rechtspraak en de familie Schoemaker raakte op deze wijze haar twee eeuwen durende vicarie-recht kwijt. Later zette jonge Jan Schoemaker herberg ‘Stad Munster’ voort.
1883-1899: Brand en herbouw W.J.Willemsen 1901: W.A.A.Willemsen (10-06-1852 Doetinchem -ovl.18-01-1922 Arnhem) Wilhelmus Antonius Alphonsius Willemsen en Theodora Sibilla Kemperman (02-08-1854 Silvolde – ovl.23-04-1929 Winterswijk)
Dochter: Grada Wilhelmina Willemsen (05-11-1878 Doesburg) gehuwd met Bernardus Ferdinandus Josephus Grimmelt
Dochter: Maria Wilhelmina Willemsen (30-08-1877 Wisch) gehuwd (1902)met Xeno Ignatius Maria Josephus Grimmelt
Dochter: Anna Maria Jacoba Willemsen (16-05-1890 Wisch) gehuwd (1913)met Theodorus Lambertus Brouwer
Rond 1911 heeft schoonzoon B.F.J.Grimmelt (1876-1947) het Hotel een tijd gedraaid. (zijn in 1914 in Apeldoorn) Na alle waarschijnlijkheid met zijn broer Xeno Ignatius Maria JosephusGrimmelt (1879-1950) (Naar Nijmegen)
Zie ook Verhalen- Grimmelts
1925: Vergunning op naam Theodorus Lambertus Brouwer (schoonzoon) 1929: Eigenaar Th.Brouwer 1957 Opheffing Hotel De Zon- Brouwer 1958 verkocht aan G.H.Roerdinkholder installatiebedrijf, winkel witgoed
1871: Gerrit-Jan Stemerdink ( 1848-1904) trouwde in 1971 met Maria Elisabeth te Lintum (1843-1907) . In 1872 namen zij de Lindeboom over van Nijenhuis. Het begon als een driedelig bedrijf: Boerderij, herberg en houthandel. Heden (2015) is dit bedrijf Hotel-restaurant De Lindeboom al vele generatie’s lang in het bezit van de fam. Stemerdink.
In 1908 nam Jan Willem Albertus Stemerdink ( 1870-1932) (getrouwd (1896) met Gerharda Gesiena Roerdinkholder (1870-1955) ) het hotel over. Jan Willem was de oudste zoon van Gerrit-Jan Stemerdink uit zijn eerste huwelijk met Janna Frederika Aleida Veenemans (1849-1870) Deze op zijn beurt werd weer opgevolgd door zijn dochter Gerharda Gesiena Stemerdink (1909-1991). Getrouwd met Johan Schreurs (1933), gescheiden in 1940.
Daarna kwam hun zoon Jan Schreurs (geb.1934), die in 1964 bij Kon.besluit zijn naam liet veranderen in Stemerdink. Geb:1934 Ovl:07-05-2008 Deze is op zijn beurt weer opgevolgd door Marco Stemerdink (1999), wie heden tendage (2015) nog steeds op de Lindeboom zit.
Voorheen Stationskoffiehuis J.W.Piek, later Hotel Piek Zie Hotel Piek
Hotel Piek naam: al sprake van in 1930 (tot nu toe) Hotel Piek naam tot: Daarna Hotel Jonker, geemigreerd december 1953
11-06-1954: Hotel, kerk en jeugdgebouw te Winterswijk geopend
Hotel kreeg naam Victoria en zaal de naam Fides et Concordie (Geloof en Eendracht)
Beheerder: E.Buiting (uit Diemen) tevens koster
Grote brand 29/30 augustus 1972, waarbij vier mensen om het leven kwamen, waaronder de zoon v.d. eigenaar Jumelet
Heropend: 07-06-1975 als Cafe-Restaurant (geen Hotel)
DODE EN VERMISTE BIJ BRAND
Eerste krantenbericht dezelfde middag, N.W.C.
De 80-jarige mevrouw J. Wesselink en vermoedelijk de 21-jarige Cor Jumelet zijn vannacht bij een felle brand, die hotel Victoria vernielde, om het leven gekomen. Het stoffelijk overschot van laatstgenoemde was vanmiddag om 2 uur nog niet gevonden maar algemeen werd aangenomen dat hij onder het puin ligt bedolven. Dertien andere gasten van het hotel hebben zich ternauwernood in veiligheid kunnen brengen. Drie van hen liggen in het ziekenhuis. Onder hen bevindt zich de echtgenoot van de omgekomen vrouw, de heer Wesselink. Zijn leven is waarschijnlijk gered doordat ’n politieman hem van ’t platdak heeft geduwd. De heer Wesselink heeft vrij ernstige brandwonden en heeft zijn heup gebroken. Ook ligt in ’t ziekenhuis een broer van Cor Jumelet, de 16-jarige Arie en een dochter van het echtpaar Wesselink.
Het echtpaar Jumelet, dat het hotel exploiteert, is met vakantie op Rhodos (Griekenland). De politie heeft hen vanmorgen om half zes op de hoogte gesteld De brand heeft het hotel totaal verwoest. Wat over is van het oude gebouw, zijn verbrande en verkoolde resten. De brand is tegen kwart voor drie ontdekt door de heer A.G. van der Heide, die enige huizen van het hotel af woont. Hij werd gewekt door zijn hond, die onrustig was en aan één stuk door blafte. De heer Van der Heide heeft toen onmiddellijk de politie gebeld, die op haar beurt de brandweer waarschuwde. Deze was zeer snel aanwezig. Toen echter schoten de steekvlammen al van alle kanten uit het gebouw. Vooral toen op een gegeven moment de ruiten sprongen en er verse lucht werd toegevoerd, laaiden de vlammen hoog op. Twee auto’s die voor het hotel geparkeerd stonden, werden een prooi der vlammen. Het vuur greep zo snel om zich heen dat het niet mogelijk was een deel van het gebouw te redden.
Mede dank zij het feit dat de politie, toen zij arriveerde, direct de sirene van de auto in werking stelde, zijn verschillende gasten gewekt. In paniek zochten zij een goed heenkomen. Volgens oncontroleerbare geruchten zou Cor Jumelet op een gegeven moment nog buiten zijn geweest en weer naar binnen zijn gegaan. Anderen beweren dat dit beslist niet het geval is geweest. Wel zou men hem nog binnen hebben gezien. Cor Jumelet beheerde tijdens de vakantie van zijn ouders het hotel. Hij is leerling van de politie-school in Haarlem.
„Hond maakte ons wakker”
De heer A. G. van der Heide vertelt:
Omstreeks half drie werden mijn vrouw en ik wakker omdat de hond onrustig was. Ik ben tenslotte uit bed gegaan en heb de hond even naar buiten gedaan. De hond bleef blaffen, ook toen ik hem weer binnen had gehaald. Toen ik de hond weer binnenriep, was er niets van de brand te zien. Toen ik weer op de slaapkamer kwam, hoorde ik glasgerinkel. Ik keek naar buiten en toen zag ik op verschillende plaatsen steekvlammen uit het gebouw komen. In mijn pyama ben ik naar mijn zaak in de Misterstraat gerend en heb daar de politie opgebeld.
Politieman duwde bejaarde man van platdak Dank zij de tegenwoordigheid van geest van agent Nijenhuis van de Winterswijkse politie is vermoedelijk het aantal slachtoffers van de brand beperkt gebleven tot twee. Hij heeft de bejaarde heer Wesselink op een gegeven moment van het platdak geduwd. De man durfde niet naar beneden te springen. Was hij blijven staan dan was hij zeker een slachtoffer van het vuur geworden. Agent Nijenhuis heeft ook nog geroepen tegen mevrouw Wesselink-te Kronnie. Hij kon niet meer bij haar komen. Ze stond voor het raam maar moet door angst en paniek niet meer in staat zijn geweest naar buiten te komen. Agent Nijenhuis heeft, toen hij bij Fides aankwam, direct de sirene van zijn auto in werking gesteld. Mogelijk zijn hierdoor enkele gasten, die nog niet wakker waren, gewekt en hebben zich daarna in veiligheid kunnen stellen.
„We konden tijdig vluchten”
Buurman Hasper, die een wasserette exploiteert naast Fides vertelt: Op een gegeven moment kwam ons dochtertje Petra (13) bij mijn vrouw en mij op de slaapkamer. „Brand,brand” riep ze. We hadden geen tijd om ons aan te kleden. We renden naar buiten in onze nachtkleding. Ons pand ligt tegen Fides aan en de kans was dus groot dat het vuur zou overslaan. Toen we de voordeur uitrenden, konden we nog maar nauwelijks de straat opkomen want eender grote ruiten van ’t hotel was net gesprongen waardoor er verse lucht werd toegevoerd die de vlammen nog feller deed oplaaien. Op dat moment stonden twee auto’s, die voor het hotel stonden, al in brand. Een andere auto kon worden weggeduwd. Ons pand heeft wel brand, en waterschade, maar het grootste deel is intact gebleven. De slaapkamer en de keuken zijn door het vuur aangetast.
Omgekomen bij de brand zijn: 1. JOHANNA WESSELINK-TE KRONNIE Geb: 113-01-1892 Ovl: 30-08-1972 80 2. HENDRIK JAN WESSELINK Geb: 04-11-1892 Ovl: 03-09-1972 79 3. COR JUMELET Geb: 31-05-1952 Ovl: 30-08-1972 19 4. ROCUS GOVERT ELAND Geb: Ovl: 30-08-1972 30 Vlissingen