Bernard H.Bollen (geb.1893) was een v.d. vijf zoons van Gerrit H.Bollen en Gesina Jansink uit Ratum. Na zijn diensttijd (1917) werd hij koetsier bij Hotel De Klok en woonde daar op een opkamertje. In 1922 trouwde hij met Gesiena Berenschot (geb.1895) en werden ze cafehouder in Miste. Cafe Bollen (Nu Vivaldi-2016). In 1928 maakte hij een einde aan zijn cafe-periode en verhuisde naar Walienseweg 48. Zijn jongere broer Gerhard H.Bollen (geb.1902), getrouwd met Gesiena H.Stemerdink namen het cafe in Miste over.
Aan de Waliensestraat nam Bernard de kolenhandel over van Hendrik Maas, van het naastgelegen cafe Havenzicht. Bernard en Gesina kregen drie kinderen: Gesiena (1923), Gerda (1926) en Jan Hendrik (1935).
In 1941 nam Bollen de stalhouderij van J.G.Kimmels van cafe De Zwaan over en in 1948 begon hij een taxibedrijf. Zoon Jan Hendrik (Henny) kwam in 1951 in de zaak, maar wilde in 1958 toch wat anders doen.
1951: BH.Bollen en zoon J.H.Bollen
Toen kwam Henny Bollen, de zoon van Bernard zijn oudere broer Jan Willem in het bedrijf. In 1960 kwam de eerste Henny ook weer terug en beiden gingen zij verder met de zaak. Bernard deed een stapje terug.
In 1960 namen de beide neven de kolenhandel van Hannink aan de Spoorstraat over en verplaatste dit bedrijf tevens naar de Walienseweg.
Toen in 1963 het gebruik van aardgas zijn intrede deed, verminderde de afzet. Zoon Henny trok zich eerst terug uit de zaak en neef Henny maakte begin jaren ‘90 een einde aan het bedrijf.Kolen, Kolenboer, Taxi, Bollen, Walienseweg, Winterswijk,
Derk Willem Wassink (geb.1889) kwam van boerderij De Kniepert in Kotten. Hij kwam in dienst bij Smid Gerrit Willem Beskers op Weurden 46. In 1912 trouwde hij met Johanna Gesiena Walvoort. Zij kregen vier zonen: Jan Hendrik (1914), Gerrit Willem (1918), Jan Bertus (1920) en Gerhard Johan (1924)
Op 1 januari 1913 nam Derk Willem de smederij over van Jan Albert Wessels op de hoek Vredensestraat- Verlengde Ratumsestraat. In 1916 verhuisde men naar Ratumsestraat 49, waar werd uitgebreid met een winkel met vooral haarden en kachels.
In 1936 kwam Jan Hendrik (1914-1971) in het bedrijf. Deze legde zich toe op de centrale verwarming. Het bedrijf heette toen D.W.Wassink & Zn.
In 1946 werd Wassink hoofddepothouder van Shell-Butagas voor de hele regio. Per week werden er zo’n duizend gasflessen verkocht.
Wassink werd steeds meer een “all-round” installatiebedrijf met cv-monteurs, electriciens en loodgieters. In 1949 kwam ook de jongste zoon Gerhard (1924-1957) in dienst en werd het een naamloze vennootschap. Gerhard had geen kinderen.
Intussen was ook Ratumsestraat 47 aan het bedrijf toegevoegd. In 1964 nam Wassink de gebouwen van wasserij Siebelink over aan de Vredensestraat en kwam hier het magazijn en de constructiewerkplaats.
In 1970 nam D.W.Wassink (geb.1949) als opvolger van zijn vader Jan Hendrik, die met zijn gezondheid klungelde, het bedrijf over. In 1973 kwam hij daadwerkelijk, aangezien hij nog op school zat. In 1977 ging D.W.Wassink een samenwerking aan met H.te Winkel. Electra- en loodgieterswerk ging naar Te Winkel en het verwarmingswerk naar Wassink. D.W.Wassink stopte daarmee met de winkel. In 1979 verhuisde men naar de Ambachtsstraat, waar men zich richtte op centrale verwarmingstechnieken, staalconstructies en luchtbehandelingssystemen.
In 1990 namen Wassink Beheer en Henk te Winkel Th.Bongers Installatie in Doetinchem over, waar Henk te Winkel in 1993 weer uitstapte. In 1996 werd de constructieafdeling verkocht aan W.Sloetjes en in 1997 werd de gasafdeling beeindigd. In Winterswijk werkten 45 personeelsleden, in Doetinchem 15. Wassink heeft zich helemaal toegelegd op installeren van centrale verwarming.
In 2006 is de vierde generatie toegetreden. Anne en Derk Wassink, welke in 2008 het gehele bedrijf overnamen.
Cornelis Kappers (geb.1914) groeide op in de Meddosestraat 8, waar zijn vader een koperslagersbedrijfje had. In 1936 begon hij een verwarmingsbedrijfje onder de naam Warmtechnisch Bureau C.Kappers. Zijn jongere broer Gerrit nam de zaak van zijn vader over. In 1949 werden drie industriehallen gebouwd met ronde asfaltdaken op de nieuwe Industrieweg. nr.8,10 en 12. Warmtechnisch Bureau C.Kappers verhuisde naar nr. 8 en het achterste deel van nr.10. Hier kwam een plaatwerkerij en constructieafdeling voor luchtkanalen en andere onderdelen voor luchtverwarmings- en luchtbehandelingsinstallaties. Ook kwam men met direct gestookte luchtverwarmingsapparaten (“Fire-Devil”) op de markt en om zich daar volledig op te concentreren stopte men in 1954 met installatie werkzaamheden. Dhr. chef-monteur B.Ouwesloot nam de installatie werkzaamheden en monteurs over en begon voor zichzelf verderop aan de Industrieweg. De naam Warmtechnisch Bureau C.Kappers werd gewijzigd in Apparatenfabriek voor Lucht- en Warmtetechniek C.Kappers. (in 1956 aangevuld met N.V.)
Ook internationaal werd men van betekenis en in Wunsdorf bij Hannover kreeg men een grote vestiging onder de naam “Feuerteufel Luft und Warmtetechniek GmbH”. Door de drukke werkzaamheden werd in 1963 H.J.Berenschot mede-directeur. Deze was reeds vanaf 1950 in dienst. In Duitsland leed men later verliezen en in 1967 werden de bedrijven losgekoppeld en werd Winterswijk overgenomen door de Koninlijke Fabrieken Diepenbrock en Reigers N.V. (DRU) te Ulft. Cor Kappers trad in Winterswijk als directeur af en ging verder in Wunsdorf. Wel was er nog de Apparatenfabriek C.Kappers B.V. waar Jan Berenschot als dochterondermening van DRU-Ulft de directie voerde. Eind 1970 fuseerde DRU met Etna en Daalderop en deze drie bedrijven werden werkmaatschappijen onder de nieuwe holding “Amalga” N.V. In 1971 werd apparatenfabriek C.Kappers B.V. volledig geintergreerd en werd de naam op de gevel aangepast in Koninklijke Fabrieken Diepenbrock en Reigers, waar Jan Berenschot de directeur werd.
In 1973 werd de hele Amalgagroep overgenomen Internatio-Muller te Rotterdam en werd de Amalgagroep opgeheven, zodat alle drie bedrijven, waaronder DRU Winterswijk en Ulft weer zelfstandig werden. De jaren 1975 en 1976 waren economisch moeilijk en Winterswijk werd een nieuwe vennootschap met behulp van de grootste afnemer Thermagas B.V. De naam werd veranderd in Winterswijkse Verwarmingsindustrie B.V. In 1977 werd men overgenomen door Benraad B.V. in Terborg. Benraad produceerde kachels en VC-ketels en ook gasgestookte luchtverwarmers. De luchtverwamers werden nu in Winterswijk geproduceerd waardoor de productie sterk steeg. In 1980 werd de naam wederom veranderd in Benraad Winterswijk .B.V. Door financiele problemen bij moederbedrijf Benraad B.V. werd in 1983 Winterswijk losgekoppeld en ging zelfstandig verder. In 1985 werd de naam Winterwarm B.V. , omdat de naam Benraad niet meer gebruikt mocht worden. De naam Winterwarm werd gekozen voor Winterswijk en Warmte en ook omdat dit internationaal (Engels en Duits) goed te begrijpen zou zijn. In 1991 ging Jan Berenschot met pensioen en werd opgevolgd door Bart Looman. In 2008 is Winterwarm uitgebreid met de verkoopactiviteiten van de firma Priva. Momenteel (2016) maakt men deel uit van VADO beheer en is Winterswijk geheel zelfstandig met plm.55 medewerkers. VADO staat voor de fam.Van Doorne. Deze heeft een uitgebreide beheersmaatschappij en is voort gekomen uit Van Doorne’s Automobiel Fabrieken en dat staat voor de DAF
Bron: W.Peletier
DRU verwerft aandelen van apparatenfabriek
22 DECEMBER 1967, DeTijd De N.V. Kon. fabrieken Diepenbrock en Reigers N.V. (Dru) heeft het gehele aandelenpakket van de N.V. Apparatenfabriek voor lucht- en warmtetechnlek C. Kappers te Winterswijk verworven. De N.V. Kappers zal haar financiële deelname in de Duitse onderneming Kappers-Feuerteufel GmbH te Bad Neudorf beëindigen. Feuerteufel GmbH zal echter de vertegenwoordiging voor de Duitse Bondsrepubliek behouden van de te Winterswijk gefabriceerde Kappers produkten. Het bedrijf te Winterswijk telt ca.75 werknemers en houdt zich in hoofdzaak bezig met de vervaardiging van apparaten op het gebied van luchtverwarming.
Sinds maandag 22 augustus 2022 in nieuwbouw Olde Goorweg 1
Gerrit Buunk, geb. 1890 te Lichtenvoorde verhuisde in 1913 naar Winterswijk en kwam te wonen aan de Misterweg en was werkzaam bij de firma Nijhuis. In 1920 handelde hij al in naaimachines. Later verhuisde men na de hoek Gasthuisstraat- Leliestraat. Ze kochten de sigarenkiosk “De Plantage” (nr.77/79) met het daarachter liggende huis, erf en tuin. Daar ontwikkelde hij samen met zijn zonen Gerhard (geb.1910) en Bernard (geb.1911) trapstellen voor naaimachines. Dat gebeurde onder de naam: Buunk & Zonen. In 1947 begonnen de beide broers hun eigen bedrij: GEBUWIN; GEbroeders BUunk WInterswijk. In 1949 verhuisde men naar de Industriweg 6, waar Bernard Buunk alleen verder ging.
Tot in de jaren ’70 werden er trapstellen voor naaimachines gemaakt. In 1968 nam B.Siertsema het bedrijf over van Bernard Buunk. Men maakte toen vooral lifttechnieken voor naaimachinemeubels.
In 1979 nam B.Siertsema de machinefabriek A.Brasz over met personeel. Na deze overname ging men zich specialiseren in het maken van handgedreven tandwiellieren met hijscapaciteiten tot 2000 kg. en wormklierlieren met hijscapaciteiten tot 5000 kg. In 1995 werd B. Siertsema opgevolgd door zijn zoon Hans Siertsema en is momenteel (2016) nog steeds gevestigd op de Industrieweg 6.
Bernardus Johannes Franciscus Westerman (geb.1902) uit Lichtenvoorde begon in 1920 samen met Jan Albertus Sellink uit de Gasthuisstraat 4, aan de Parallelweg de draadwarenfabriek HEVA. Bernard ging na zijn huwelijk met Allegonda Antonia Maria Stevens wonen aan de Groenloseweg 49. Jan Sellink overleed in 1935 door een ongeval op de fabriek (viel door dak), waarna Bernard Westerman de zaak alleen voort zette. Eind jaren ’60 werd de zaak verkocht aan de Metaalgaasweverij Dinxperlo B.V. door gebrek aan opvolging. Heva bleef wel zelfstandig opereren vanuit Winterswijk. In 1994 is het bedrijf overgenomen door Frank Hallen, werkzaam bij de Dinxperlogroep. HEVA staat voor: Het Eerst Vertrouwde Adres.
Hendrik Jan Mol Geb:03-08-1872 Ovl.:15-05-1917 Hermina Hennink Geb: 22-03-1873 Ovl: 20-07-1966
Hendrik Jan Mol, geboren 1872 kwam op 31 maart 1911 vanuit Enschede naar Winterswijk. Samen met zijn vrouw Hermina Hennink. dochter Wilhelmina en zoon Johan Willem. Zij vestigden zich eerst aan het Steenhouwerspad. Op 20 april 1911 kreeg Hendrik, vergunning voor het rondventen (vervoeren en verkopen van bier aan klanten) “met zakboek” . In dat zakboek stonden de producten, welke gevent mochten worden. In het begin gebeurde dat nog met paard en wagen en vaak kon je dan niet meer dan twee horeca-bedrijven per dag. Hendrik overleed in 1917 en Johan Willem was toen 17 jaar. Samen met zijn moeder zetten ze de zaak voort. In 1924 trouwde Johan Geertruida kwant, dochter van sigarenhandelaar Kwant op de hoek Gasthuisstraat- Steenhouwerspad. In 1924 verhuisden ze ook naar Goudvinkenstraat 29, samen met hun moeder. Johan en Geertruida kregen drie dochters, Hermina, Geertruida en Berendina. Ik de Goudvinkenstraat mochten de dranken niet op eigen terrein opgeslagen worden en gebeurde dat bij buurman H.Kolthof, die een boterhandel had. Aan de andere kant woonde kunstschilder Piet te Lintum. Johan overleed in 1965 en de zaak werd voortgezet door J.H.Willink, die in 1948 met Johan’s oudste dochter Hermina was getrouwd. In 1966 volgde een grote verbouwing en kwam er een groot magazijn. In 1976 verhuisde het bedrijf naar een volledig nieuw en modern bedrijfspand, de Ambachtsstraat 23 en 25. De leiding kwam hierbij in handen J.H. Willink zoon, Jan Hendrik Jr. (getr.met Wilma Vierkant) en Henk Meijer, wie getrouwd is met J.H.Willink’s dochter Marjon. Omstreeks 1978 trok J.H.Willink zich terug uit de zaak.
De groothandel bevoorraadde horeca-ondernemingen, slijterijen, kantines, campings en zaalhouders. Op een gegeven moment waren er vijftien personen personeel en vele vracht- en koelwagens.
Rond 2000 is het bedrijf verkocht aan De Klok Dranken, onderdeel van de Grolsch Bierbrouwerij en momenteel (2015) worden de Winterswijkse bedrijven bevoorraad vanuit Groenlo.
Uit: Winterswijk, een eeuw geleden. Willem peletier
J.W.Mol
27 MEI 1930, Graafschapbode Rijkstelefoon. Nieuwe aansluiting. No. 305. J. W. Mol, Bier- en Limonadehandel, Goudvinkenstraat.
Door Mr.S. baron van Heemstra, Commissaris der Koningin
De opening van den Winterswijkschen Destructor
08 JULI 1930, Graafschapbode Door Mr. S. baron van Heemstra, Commissaris der Koningin.
Wij vernemen, dat Mr. S. baron van Heemstra, Commissaris der Koningin in deze provincie, Donderdag 10 Juli a.s., des voormiddags half twaalf, den Destructor te Winterswijk officieel zal openen. Na een toespraak van den burgemeester van Winterswijk, den heer J. A. R. Bosma, zal de Commissaris de openingsrede uitspreken, waarna alle genoodigden zich in hotel „De Klok” aan de lunch zullen verzamelen. Tot de genoodigden behooren Dr. Berger, de veterinaire hoofdinspecteur, Dr. Douma, veterinair inspecteur, de leden van Ged. Staten van Gelderland, de gemeentebesturen van de bij den Destructor aangesloten gemeenten, Gezondheidscommissies, veeartsen e. a.
Hierboven geven wij een foto van het nieuwe Destructor-gebouw nabij den Wooldschen weg