oudwwijk
Digitaal erfgoed

Johan Gerard ten Houten

Hermana Helena ter Pelkwijk

Johan Gerard ten Houten (GRAF)
Geb: 07-03-1843 Winterswijk
Ovl: 19-03-1922 Winterswijk (79)
Ouders: C.P. ten Houten en J.P. van Dijk
ZIE GRAF HOUTEN -TEN HOUTEN EN HOUTEN-VAN DIJK
Koopman,kassier
Echtg: 31-07-1872 Winterswijk
Hermana Helena ter Pelkwijk (GRAF)
Geb: 06-08-1844 Winterswijk
Ovl: 03-04-1918 Winterswijk (73)
Kinderen: 5

Kinderen

1.Cornelis Pieter ten Houten 1873-1919
2.Albertus Theodorus ten Houten 1874-1874
3.Johanna Peternella ten Houten 1875-1930
4.Albertus Theodorus ten Houten 1877-1933
5.Johan Gerrit ten Houten 1880-1946

Johan Gerard ten Houten

7 Maart 1843—19 Maart 1922.

Nieuwe Winterswijkse Courant, 22 maart 1922

Het einde van dit werkzame leven is gekomen
Al eenige dagen van te voren was het te voorzien!
Zondagmorgen half 5 heeft de dood een van onze grootste burgers weggenomen, de laatste van het trio: „Burgemeester Haitsma Mulier, A. Willink, J. G. ten Houten”.
De oude mijnheer ten Houten, zooals men hem gewoonlijk noemde, heeft heel wat gedaan voor onze plaats en ons gewest.
Er is een tijd geweest, dat hij beschouwd kon worden als de man in onze gemeente. En geen wonder!
Hij kende haar en haar ingezetenen van haver tot gort, niemand kon hem evenaren in het „bespelen van het klavier”, als er door samenwerking wat tot stand te brengen was.
’t Spreekt vanzelf, dat de heer J. G. ten Houten vroeger dan ook overal no. 1 was, wanneer er iets groots gebeuren stond. Nimmer klopte men vergeefs aan zijn deur om finantieelen en moreelen steun als het voor een goed doel was. Dat goede behoefde nu niet iets te wezen speciaal voor Winterswijk alleen, o neen, ook vele instellingen buiten onze gemeente mochten steeds ervaren, dat er in onze gemeente iemand woonde, die steeds bereid was te steunen, waar dit noodig was.
Zijn werkzaam leven heeft hem niet altijd plezier bezorgd. Maar hoe kon dat ook! lemand, die zooveel „langs den weg timmerde” als bij, hoe zou hij geen „veel. berichts” hebben gehad ?
Doch hij liet zich niet ontmoedigen. Hij werkte door met zijn zeer ver vooruitzien den blik.
De laatste jaren leefde hij stil, hij trok zich iangzamerhand van alles terug en heeft toen ook nog veel moeten verdragen : eerst ontviel hem zijn echtgenoote, toen zijn zoon, de heer C. P. ten Houten en later werd het met zijn gezondheid minder goed.
Voor ieder, die de liefde kende die in dat huisgezin heerschte, is het te begrijpen, dat dit voor den grijzen stoeren werker een hevige slag was.
Het einde is nu gekomen zacht en kalm.

Geen wonder, dat ieder zich nog eens in herinnering brengt, wat Winterswijk aan den overledene heeft gehad.
Wij hebben het voorrecht de voornaamste functies en onderscheidingen te kunnen melden. Deze lange lijst spreekt voor zich zelf.

– Ridder in de Orde van Oranje Nassau sinds 8 Sept. 1909
– Lid der Provinciale Staten van Gelderland van 1874 tot 1907.
– Wethouder der gemeente Winterswijk van 1889 tot 1913
– Lid van den Gemeenteraad van Winterswijk van 1879 tot 1913.
– Oprichter en Eerelid der Vereeniging Volksfeest
– Oprichter en Eerelid der Coöp, Zuivelfabriek Winterswijk.

– Eerelid en Lid van Verdienste en Voorzitter der Afd. Winterswijk der Geld. Overijselsche Maatschappij van Landbouw.

– Oprichter-Directeur der Onderlinge Winterswijksche Brand waarborgmaatpchappij sinds 1873.
– Oprichter en Secretaris-Penningmeester der Winterswijksche Bouwvereeriiging sinds 1872.
– Penningmeester der Vereeniging tot Bevordering van Maatschappelijk Verkeer van 1879 tot 1909.

– Penningmeester der Ambachtsschool
– President Kerkvoogd der Ned Herv. Gemeente Winterswijk sinds 1905,
– voordien tijd van 1873 af 8 jaar Diaken,
– 3 jaar Ouderling
– Notabel. Eerelid en Voorzitter gedurende 18 jaar van het Vee-en Varkensfonds tot 1909.

– Oprichter en Voorzitter van het Paardenfonds.
– Zetter bij de Rijksbelastingen sinds 1879
– Oprichter en Eerelid der Rundveefokvereeniging sinds 1906.
– Eerelid der Pluimveeclub DeGraafschap.
– President der Tuinbouwwintercursus.
– President der Landbouwwintercursus.
– Lid der Commissie van Toezicht de Rijkslandbouw-winterschool te Winterswijk.
– Eere-lid van het Kerkelijk Zangkoor „Maarten Luther”, Winterswijk
– Oprichter en Regent Diaconie-Gasthuis van 1872 tot 1888.

– Eerelid en Penningmeester van het Departement Winterswijk der’ Maatschappij tot Nut van het Algemeen van 1879 tot 1919.

– Kassier der Nederlandsch-Westfaalsche Spoorweg-Maatschappij bij
oprichting.

– Mede-oprichter en lid van het Bestuur der Vereeniging van Taal- en Volksleven.
– Agent der Arnhemsche Brand waarborgMaatschappij sinds 1863.
– Oprichter der Sociëteit „ De Vrijheid” Winterswijk in 1864 Eerelid en –
– Mede-oprichter der Zangvereniging „Caecilia” in 1865.
– Commissaris der straatweg Deventer-Pruisische Grens tot 1902
– Oprichter-Bestuurslid der Nuts-Spaarbank van 1871 tot 1906.
– Oprichter-Secretaris der Wintersw. Courant 1870.
– Eerelid der Winterswijksche Orkestvereeniging.

– Eerelid der Vereeniging van Burgemeesters, Secretarissen en Ontvangers van de Gemeenten in de Graafschap Zutphen.

– Oprichter der Firma J G.ten Houten & Co. in 1876.
– Commissaris der Geldersch Overijselsche Bankvereeniging
– Commissaris der Maatschappij voor Scheepsverband.

ledere functie en onderscheiding heeft natuurlijk zijn geschiedenis !
Men mag zich wel afvragen hoe het mogeljjk was, dat een persoon zich met zooveel heeft kunnen bemoeien en tot stand brengen.
Maar dat was het geheim van den overledene!
Het nageslacht kan niet anders dan hem in dankbare herinnering bewaren en zal dat ook!
Onze Redactie brengt hierbij gaarne een woord van groots hulde en eerbied voor alles, wat de heer J. G.ten Houten voor onze Gemeente is geweest.
Zijn werk, zijn geest, zij behooren ons tot voorbeeld.

Mijnheer TEN HOUTEN, RUST IN YREDE!

Links moeder en zoon
Rechts zoon en schoondochter

Lees verder