Aantal leden:
N.S.B.-ers: 61
Landwachters
Hulp-landwachters Merendeel (Rode mouw)
Opgericht: 11 maart 1943)
12 november 1943 wordt de Landwacht Nederland opgericht
Landwachters en hulp-landwachters
Bestond voornamelijk uit NSB-ers met jachtgeweer
De Landwacht werd voor het eerst op straat gesignaleerd in maart 1944. Ze werd vooral ingezet voor de bewaking van gebouwen, het controleren van persoonsbewijzen en het uitvoeren van arrestaties, huiszoekingen en visitaties.
Leden van de Landwacht droegen de zwarte NSB-partijkleding: zwarte overhemden, zwarte pantalon of rijbroek, zwarte leren motor- of rijlaarzen, zwart lederen koppelriem met bijbehorende draagriem.
Al naargelang de weersomstandigheden kon een zwarte tuniek en/of zwarte overjas worden gedragen.
Taken: huiszoekingen anti-Duitse Nederlanders, opsporen ondergedoken Joden en andere onderduikers.
Winterswijk had 9 fanatieke ‘jagers’
Leeftijd Landwachters tussen de 18-65
De meesten bevinden zich tussende 35-45 jarigen (25)
Landwachters/ hulplandwachters: 35 (57%) geboren Winterswijkers/ 26 (43%) elders.
Opleidingsniveau :vrij laag
Middenstanders 29
Agrar.zelfst.: 11
Arbeidersgroep: 13
Lager gesalar: 8
Van de 61 gearresteerden, waren er 20 NSB-lid voor mei 1940
Dienstijver zeer verschillend.
– weigeren onderduikers te arresteren
– werk met matig enthousiame verricht
– Diepe bevrediging in hun functie. Hun aantal bedraagt 9
Tijdsbestek: 1944-1945
De negen:
5 zijn NSB-lid al voor 1940, waarvan 4 al in 1933/1934
Hun dienst ijver is grenzeloos, dag in dag uit jagen zij a titre personnel achter onderduikers, fouilleren zij passanten en zetten zij huizen op hun kop.
Zij zijn zonder meer steunpilaren van het na Dolle Dinsdag gelegerde detachement vreemde landwachters.