oudwwijk
Digitaal erfgoed

Kranten na 1945

BERICHTEN 1940-1945 GERELATEERD.

Het Rode Kruis hielp 82 Hollanders ontsnappen

29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant. Ingezonden
Herinneringen uit de bezettingstijd

21 Februari 1945. Triest koud weer.
Op het perron te Winterswijk staan enige bestuursleden van het Rode Kruis heftig te debatteren met een “SA Goldfasan” , begeleider van een transport Hollanders op weg naar Duitsland. De man weigert toestemming te verlenen om deze mensen te verzorgen.
‘Diese Leute sind alle Verbrecher und brauchen keine Verpflegung”
Eindelijk heeft het bestuur het pleit gewonnen en mogen wij ons het lot onze landgenoten aantrekken.
De “Verbrecher” zijn op 12 februari in Haarlem en Amsterdam bij een razzia van de straat opgepakt om ingezet te worden voor den ‘Endsieg’
Hun toestand is ellendig: 36 uur zonder eten en drinken in tochtige onverwarmde wagons. De meesten hebben dysenterie. Als de mensen smeken om water, raden onze artsen dat af en hebben wij binnen een half uur hete koffie en brood.
Plotseling vallen er schoten. Twee van de slachtoffers proberen te vluchten. Hun poging is te vergeefs.
‘Diese Leute bekommen heute gar nichts’ .
De verontwaardiging is algemeen.

Onze Rode Kruis meisjes zorgen echter dat ze een dubbele portie krijgen. Wij bewegen de Oberleutnant ons toe te staan, voor de verdeling van erwtensoep tegen 11 uur onze gehele hulpkolonne in te zetten en nu volvoeren wij het plan dat wij na het vallen van de schoten gezworen hebben:
‘Wij zullen ze een kans tot ontvluchting geven’

Alle helpers en helpsters zijn druk in de weer om den stakkerds van soep te voorzien. Sommigen van ons klimmen in de wagons, de gamellen worden aangegeven en ieder die wil kan onder achterlating van zijn bagage met een door ons verstrekte Rode-Kruisband, ingedeeld worden bij de ‘reserve’.
De soldaten worden door onze wild-enthousiaste meisjes aan het lijntje gehouden en als de pas gepromoveerde ‘Rode Kruis-man’ met zijn gamel of lepel uit de trein stapt, is het net echt.
Hij wandelt met enige van onze meisjes de Parallelweg op en buiten het gezicht der moffen, bij ’t Keizers, wordt de man overgenomen door de ordonnans.
De Rode Kruisband gaat terug naar de trein en het spelletje begint opnieuw.
82 van de 500 slachtoffers verkiezen de vrijheid boven de slavernij en worden door ons op de boven omschreven manier geholpen bij vrouw en kinderen te komen.

De achterblijvenden stomen tegen 4 uur hun onbekende bestemming tegemoet.
Klaarblijkelijk kennen ze de ellende van de Duitse kampen niet of waren ze te bang.
Een arts uit Amsterdam proberen wij nog over te halen te vluchten. Hij wilde echter alleen ‘legaal’ in vrijheid gesteld worden. Alsof dat mogelijk was.
Zou de man levend teruggekeerd zijn uit Duitsland?

Een musicus kon geen afstand doen van zijn viool en gaat met zijn viool de nameloze ellende tegemoet.

Dringend

VRIJDAG,29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

Te Koop gevraagd: MOTORRIJWIEL
Wie helpt mij aan dit vervoermiddel voor het bezoeken van oorlogsslachtoffers, welke reeds zo lang op hun kunstledematen wachten?

J.B.Strals
Vert.Linden’s Orthopaedische Instrumentenmakerij te Rotterdam.
Misterstraat 6-1 Winterswijk

Bekendmaking!

VRIJDAG,29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

Ondergetekenden delen het publiek mede, dat alle zaken in verband met het BEVRIJDINGSFEEST a.s. Zaterdag de gehele dag gesloten zijn,
uitgezondigd de bakkerszaken, deze zijn geopend tot 1 uur.
De gezamelijke Winkeliers en Ambachten

Harmonie

VRIJDAG,29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

Zaterdag a.s. Aanvang 8 uur
Bevrijdings-Dansavond
Dansorkest Peters. Kaarten vanaf heden verkrijgbaar.

Cafe Flora

VRIJDAG,29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

Zaterdagavond GEZELLIG DANSEN
Aanvang 7 uur Entree f 1,-

Wamelink

VRIJDAG,29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

Hotel- Pension ‘Wamelink’ Bevrijdingsdag 30 maart
DANSAVOND van 8 tot 12 uur,waarvoor nog enkele kaarten a.d. zaal verkrijgbaar. Entree f 1,20.Versterkt Amusements-orkest Lammers
Zondag 31 maart DANSEN van 7 tot 11 uur.

Comité Bevrijdingsfeesten 1946

VRIJDAG 29 MAART 1946, Nieuwe Winterswijkse Courant

OFFICIEEL PROGRAMMA 30 MAART

9.00—9.30 uur: Klokluiden.
9.00 uur: Kranslegging bij ’t Monument.
9.15 uur: Kranslegging Geallieerde graven Kerkhof.
9.30 uur:
Opstellen op de markt en met muziek van Huppel en St. Jan afmars naar het Sportterrein aan de Morgenzonweg.
10—12 uur:
Sportdemonstraties (Handbal, Athletiek, Gymnastiek enz.).
11.45—13.00 uur:
Muziek-, Zang en Volkszang op de Wheme. Medewerkenden: W.O.V., Arb. Zangvereen.„Herleving”, Wintersw. Mannenkoor en Kerkkoor „Maarten Luther”.

Het publiek wordt verzocht de vaderlandse liederen begeleid door de muziek mede te zingen.

2.00—2.30 uur:
Plechtige ontvangst der Engelsen en aanbieding door Burgemeester Kneppelhout op het bordes van het Gemeentehuls van het Ereburgerschap aan Generaal Ross, benevens oorkonden aan Generaal Ross en Generaal Mathews.
De Engelsen arriveren om 1.30 uur o. h. parkeerterrein aan de Wooldstraat (t.o. Dr. Jagennk).
2.30 uur:
Mars der Engelsen naar het Sportterrein (Route: Jeugdkerkstr., Gasthuisst., Misterstr., Wooldstr., Willinkstr., Zonnebrink, Ratumsestr., Meddosestr., Wilhelminastr., H. Mulierweg, Morgenzonweg).
3 uur:
Militaire Ere-parade der Engelsen op het Sportterrein. (Vrije toegang voor iedereen).
18.30 uur:
Opstellen van Verenigingen bij het Gemeentehuis.
19.00 uur:
Optocht van Verenigingen met vaandels en vlaggen. Route: Gemeentehuis, wooldstraat, Willinkstraat, Zonnebrink, Ratumsestraat, Markt, Misterstraat, Gasthuisstraat, Wilhelminastraat, Meddosestraat, Markt.

Steekt allen de vlaggen uit en tooit U met oranje ! HET COMITÉ.

R.K.Ross Ereburger

ZATERDAG, 30 Maart 1946

Generaal-Majoor R.K.Ross, Winterswijks eerste ereburger



Na het zuiden des lands was Winterswijk een van de eerste plaatsen in Nederland, die na de oorlog werden bevrijd. De 53ste Royal Welsh Division was daar zeer nauw bij betrokken. Commandant van deze infanterie-eenheid was de generaal-majoor R.K.Ross. 
Hij had vanaf mei 1942 tot deze Division behoord, vanaf september 1942 als bevelhebber. 
Hij was een van de weinigen die vanaf de invasie in Normandië tot aan de bevrijding het bevel over hetzelfde legeronderdeel had gehad. 
De rol die deze militairen bij de bevrijding van Winterswijk hebben gehad, was voor de gemeente Winterswijk aanleiding om de commandant op zaterdag 30 maart 1946 het ereburgerschap aan te bieden. 

De plechtige ontvangst ’s middags van de Engelsen op het bordes van het gemeentehuis liep wat vertraging op doordat de zestig man sterke band door onvoorziene omstandigheden te laat arriveerde. Naast het gemeentehuis stond een erewacht van twaalf grenswachtsoldaten onder commando van opperwachtmeester Nieskes stram opgesteld.


Inmiddels kwam een detachement van de 53e Welsh Division aangemarcheerd, stram en correct, vergezeld van de regimentstak door een haag van padvinders en padvindsters, die de buitengewoon aardige attentie hadden om ze onder serpentines te bedelven, nadat in de Misterstraat de bewoners al een regen van confetti op hen hadden laten neerdalen. Dat waren dan de jongens die Winterswijk hadden bevrijd.
Ongeveer een derde deel van deze soldaten had aan de daadwerkelijke bevrijding deelgenomen, de anderen hadden op andere plaatsen in de Achterhoek geopereerd. Onder hen bevond zich de 20-jarige John Donovan uit Londen, de man die op bevrijdingsdag twee Duitse officieren, die met een revolver in de hand over de Vredenseweg raasden, onschadelijk heeft gemaakt.
Hij was van zaterdag op zondag de gast van de familie Monster aan de Groenloseweg.



Nadat de muzikanten waren gearriveerd, marcheerden zij met de regimentsbok voorop het plein op, waar op het bordes van het gemeentehuis de aanbieding van het ereburgerschap plaatsvond aan Major-General R.K.Ross, de eerste ereburger van Winterswijk. 
Burgemeester Kneppelhout hield daarna een rede in het Engels en overhandigde de generaal een gouden speld en oorkonde. 
Namens Generaal Mathews (die inmiddels commandant van de 53e Welsh Division was geworden) nam luitenant-kolonel Hammer eveneens een oorkonde in ontvangst.
Ross dankte daarna in het Engels. Tijdens de rondrit door het dorp werd de generaal door de bevolking toegejuicht. 
Vervolgens trokken de bevrijders naar het sportterrein waar ze voor een duizendkoppige menigte een militaire ereparade hielden.
De volgende dag bezocht de generaal zijn toenmalige hoofdkwartier – het woonhuis van de familie J.W.Nijenhuis aan de Kottenseweg.



Deze dag werd besloten met een optocht door het dorp. De manschappen kregen in het Feestgebouw, een “tea” aangeboden. 
Nadat bij deze gelegenheid het ontvangstcomite de generaal daarom had verzocht, stond deze toe dat een deel van de manschappen ’s avonds in Winterswijk mocht blijven.
Het werd bij het feestgebouw bijna een veldslag onder degenen die graag aan een Tommie gastvrijheid wilden verlenen. 

Eervol ontheven

9 APRIL 1946

De reserve-majoor van algemene dienst, de heer J.W.Zonnevylle is te rekenen vanaf 1 april 1946, eervol ontheven uit zijn indeling bij de staf Militair Gezag, onder dankbetuiging voor zijn aan de grensbewaking bewezen diensten.

Gedenksteen onthuld Meijerink

15 NOVEMBER 1946

Dinsdagmorgen j.l. had bij de NV Stoomweverij v.h. J.H.Meijerink & Zonen te Winterswijk een aangrijpende plechtigheid plaats.
In het bijzijn van het personeel werd door een der directeuren, de heer Engelsman een gedenkplaat onthuld ter nagedachtenis aan die werknemers, welke in de bezettingstijd door directe of indirechte oorlogshandelingen zijn omgekomen.
Voor deze plechtigheid waren eveneens de naaste familieleden van de slachtoffers uitgenodigd.
De heer J.W.Engelsman meomoreerde in zijn rede de moeilijke jaren welke achter ons liggen; de dwang die op ons werd uitgeoefend om onze landgenoten  in een politieke of geestelijke richting te dwingen, die ons van nature volkomen vreemd was; de arbeidsinzet, waarin duizenden en nog eens duizenden tegen hun wil werden gedwongen in Duitsland te werken. 

Het werd een ieder duidelijk, dat het masker door onzen gemeenschappelijken vijand was afgeworpen en dat hierop maar een antwoord mogelijk was; voor of tegen. 
Dat dit antwoord in woord en daad duidelijk heeft geklonken is voldoende gebleken. Voor de achterblijvende familieleden, moge het een kleine troost zijn, te weten, dat onze gevallen medewerkers bij ons in de herinnering blijven voortleven.

Op de steen, welke is aangebracht naast de ingang van de weverij staat gebeiteld:

Ter nagedachtenis aan onze medewerkers die ons ontvielen door de oorlog.1940-1945

J.Fintelman                    G.J.Vriezen
J.A.Pillen                        J.F.Deunk 

Na de onthulling werd een ogenblik van stilte in acht genomen, waarna de heer van Nijkerken als lid van de fabriekskern enige woorden sprak, terwijl de heer Miedema namens de bloedverwanten en personeel de directe dank bracht voor de nobele gedachte welke aan deze daad ten grondslag ligt.

13 juni 1947

33 Ambtenaren ontslagen

14 JULI 1947

Tijdens de bezetting zijn 33 ambtenaren ontslagen in verband met hun houding ten opzichte van de bezetter of weigering tot medewerking aan bezettingsmaatregelen. 
B en W stellen voor op grond van de wet rechtsherstel overheidspersoneel 1946, rechtsherstel te verlenen voor:
M.J.S.Busch Adriani , gemeente ontvanger
J.W.Baretta, hoofd openbare school O
J.v.d.Berg, onderwijzer openbare U.L.O.-school
J.B.Wilterdink,hoofd o.l. school M en 
D.J.Zwagerman, gemeente secretaris
Z.h.s. wordt aldus besloten

Gearresteerd

15 DECEMBER 1947, Nieuwsblad van Friesland

De 28-jarige Amsterdammer D., agent van politie te Winterswijk, is door de P.R.A. gearresteerd, beschuldigd van het ophalen van een groot aantal Joden tijdens de bezetting. Velen van deze lieden zijn niet levend teruggekeerd.

WINTERSWIJK Voor 12 jaar ontzet

14 MEI 1948

UITSPRAAK PERSZUIVERING.
De Raad van Beroep voor de perszuivering te ’s Gravenhage heeft heden uitspraak Gedaan op het hoger beroep van: J. M. van A, geboren te Amsterdam 22 September 1898, wonende te Winterswijk, tevoren hoofdredacteur, directeur en uitgever van de „Winterswijkse Courant .
De raad van beroep heeft de uitspraak van de commissie voor de perszuivering bevestigd, waarbij betrokkene is ontzet van het recht om bij een dagbladonderneming werkzaam te zijn in enige journalistieke of leidende niet-joürnalistieke functie voor de tijd van 12 jaar.

Uit Indië terug

21 MEI 1948, Tubantia

Van de woningen in verschillende wijken van Winterswijk woeien
Woensdag de vlaggen, terwijl smaakvol versierde woningen wezen op
vreugdevolle gebeurtenissen.
Deze vreugde gold de terugkeer van militairen uit Indië. die hier tegen half
zes ’s avonds per autobus arriveerden: t.w. J A. Dijk, Waliënstraat 99; M
Kappers. Groenloseweg 6; H. H. Gotink, 2e Gasthuisstraat 16; H. Kerkdijk. Weurden 26; A. Gijsbers, Groenloseweg 14; C. Bentsink. Woold K 100;
J.te Winkel. Miste B 14.

Ex-burgemeester Bos krijgt 4½ jaar

30 JUNI 1948, Tubantia

Het Bijzonder Gerechtshof te Arnhem deed hedenmorgen uitspraak in de zaak tegen dr. W. P. C. Bos, ex-burgemeester van Winterswijk, tegen wien de procureur-fiscaal een internering van 5 jaar had geëist.
Het Bijz. Gerechtshof legde aan dr.Bos de volgende maatregelen op:
Een internering voor de tijd van 4 jaar en 6 maanden met aftrek, zodat hij op 10 October 1949 in vrijheid wordt gesteld.
Voorts werd hij ontzet uit de beide kiesrechten voor de tijd van 15 jaar.

Homoepatisch dierenarts Dr. W.P.C.Bos

08 FEBRUARI 1949, Nieuwe Apeldoornsche Courant

Dr.W.P.C. Bos, Winterswijk

SPREEKUUR EN POLIKLINIEK APELDOORN: iedere Donderdag van 6-7 uur, Chr. Geurtsweg 47,
Telef. 3914.
Schriftelijke adviezen,Winterswijk
Plaatselijke consulten
Telef. Meddo 223.

Teruggave goederen Dr.Bos

01 MAART 1950, Nieuwe Winterswijkse Courant

Het is mij bekend dat verschillende personen in 1945 zich wederrechtelijk bezittingen van mij hebben toegeëigend (meubelen, tuinameubelement, huisapotheek, antiek, servies- en glaswerk, naaimachine, fornuizen, konijnenhokken, varken, kippen enz.) 
Ik verzoek deze lieden mij ten spoedigste de goederen, waarvan door de beheerder of het Ned.Beheersinstituut geen kwitantie als bewijs van betaling is afgegeven, terug te bezorgen. 
In het andere geval zal justitionele vervolging worden verzocht. Dr.Bos

05 mei 1950, Tubantia

G.en L.Venemans Onderscheidingen

Franse onderscheidingen voor Nederlanders
Hedenmiddag werden op het plein van de Willem Il-kazerne te Apeldoorn Franse onderscheidingen uitgereikt aan Nederlanders, die zich verdienstelijk hebben gemaakt bii het verzorgen van Franse krijgsgevangenen, die in de bezettingstijd uit Duitsland waren gevlucht.
Het merendeel van de Fransen kwam uit het kamp Bathorn bij Nordhorn en zocht zich via Denekamp. en de spoorlijn naar Hengelo een weg naar het vaderland. De Nederlanders, die de onderscheiding kregen voorzagen de vluchtelingen van kleren, voedsel enz. en hielpen hen op weg naar het Zuiden. Daar werden de krijgsgevangenen overgenomen door een Belgische organisatie. die hen naar Frankrijk doorstuurde.
Daaronder:
„Medaille de la reconnaissance francaise”.
G. Venemans, Winterswijk: L. Venemans, Winterswijk;

Watersnood Zeeland 1953 kreeg geld door Winterswijker

25 FEBRUARI 1953, Nieuwe Winterswijkse Courant

Mooi gebaar van ex-krijgsgevangene

In 1942 werd op een avond bij een landbouwer in Miste aan de deur geklopt. Toen de bewoners hem vroegen wat hij wilde bleek de man frans te spreken, hetgeen de landbouwer en zijn huisgenoten niet verstonden.
Hulpvaardig als ze waren, haalden ze gauw iemand die deze taal verstond en toen bleek dat de vreemdeling een Fransman was die gevlucht was uit een Duits krijgsgevangenkamp.

Natuurlijk werd de man geholpen. Men zorgde dat hij in Tiburg kwam en van daaruit ging het via Baarle nassau, Belgie weer naar huis.

De man, het was A. Bourdin, uit Ouzouer-le-marché, heeft deze hulp nooit vergeten.en ieder jaar stuurde hij aan de Winterswijker, die nu elf jaar geleden als tolk fungeerde een nieuwjaarsgroet.
In die brieven kwam steeds weer de dankbaarheid tot uiting voor de hulp die hem destijds was geboden.

Deze dagen kwam er weer een brief. Ook Bourdin had gehoord van de grote watersnood en hij verzocht het gironummer op te geven, waar hij fr. 5000 kon storten voor de slachtoffers.

In zijn brief schreef hij dat hij nu iets terug kon doen voor de hulp die hem elf jaar geleden in Winterswijk door hulpvaardige mensen was geboden.

Mussert niet tevreden

ZATERDAG 7 MAART 1992,Leeuwarder Courant

N.S.B. leider Mussert moet volgens een Eindhoven’s topambtenaar eens gezegd hebben dat hij over een paar NSB-burgemeesters  niet tevreden was: die van Winterswijk en Pulles uit Eindhoven.
Beiden hadden namelijk meer belang bij het welvaren van hun stad dan bij het uitdragen van de NSB-beginselen


Lees verder

W.Boeijenk

Geachte heer Tenbergen,

In het bos van kasteel Oud-Poelgeest te Oegstgeest trof ik vandaag op een boom de volgende inscriptie aan:
‘W. Boeijenk, Winterswijk, 1940’
Ik vermoed dat het hier gaat om een soldaat die met de mobilisatie op het kasteel was gelegerd.
Bekend is dat de Depot Afdeling Rijdende Artillerie hier tijdens de mobilisatie was gelegerd.
Op uw website en andere websites ben ik vooralsnog geen nadere gegevens tegengekomen.
Heeft u wellicht nadere gegevens, of zou u op uw website een foto kunnen plaatsen (met oproep).
Bij voorbaat dank en met vriendelijke groeten,
Ruurd Kok
Leiden

24 Februari 2017, Telegraaf

WINTERSWIJK – Ze hebben hun vader slechts korte tijd gekend. Des te groter was voor Willemien Slotboom (66) en haar broer Johan (63) de verrassing dat diens ’handtekening’ – gekerfd in een boom – na 77 jaar ineens opdook. „We wisten niet van het bestaan ervan, maar dit is wel heel erg leuk om mee te mogen maken.”

Het was archeoloog Ruurd Kok uit Leiden die, struinend door de bossen rond kasteel Oud Poelgeest bij Oegstgeest, op een boom stuitte met de inscriptie: ’W. Boeijenk, Winterswijk, 1940’. En meteen was zijn nieuwsgierigheid geprikkeld.

Het was archeoloog Ruurd Kok uit Leiden die, struinend door de bossen rond kasteel Oud Poelgeest bij Oegstgeest, op een boom stuitte met de inscriptie: ’W. Boeijenk, Winterswijk, 1940’. En meteen was zijn nieuwsgierigheid geprikkeld.

Nadat de Leidenaar de oudheidkundige vereniging Oud-Winterswijk had benaderd, plaatste bestuurslid Hans Tenbergen een oproep op Facebook. „Mijn neefje belde vanochtend al”, zegt Willemien Slotboom, dochter van de ’gezochte’ W. Boeijenk. „Of ik wist of het om mijn vader Willem ging. En inderdaad, toen ik die foto van die ingekerfde boom zag, wist ik meteen dat het van onze vader moest zijn.”

Willem Boeijenk maakte destijds als cavalerist deel uit van de zogenoemde Gele Rijders. „In 1940 werd hij gemobiliseerd en hij was gelegerd in dat kasteel. Dat is eigenlijk ook het weinige wat we uit zijn oorlogsperiode weten. Want na de oorlog heeft hij het er nooit meer over gehad. Dat gebeurde vroeger gewoon niet.”

Overigens haalde de opmerkelijke dood van Boeijenk in 1963 de kolommen van deze krant. Hij werd op 58-jarige leeftijd getroffen door een hartstilstand toen hij toekeek hoe de boerderij van de buren door brand werd verwoest. De familie wordt nog jaarlijks herinnerd aan hun vader. „Ik was 12 jaar toen hij stierf. Heb hem dus maar heel kort gekend. Maar toen hij in Oegstgeest was gelegerd, heeft hij ooit bloembollen uit de bollenstreek meegenomen: sneeuwklokjes. Die staan bij de ouderlijke boerderij Het Leessink in de buurtschap Ratum, waar mijn broer Johan nog altijd woont. Ieder jaar bloeien ze nog volop.”

De broer en zus zijn erg blij met de ’houten signatuur’ van hun vader. Willemien Slotboom: „Samen met mijn echtgenoot Wim en broer Johan gaan we binnenkort terug naar Oegstgeest. Want dit willen we uiteraard met eigen ogen zien.”

Dinsdag 24 maart 2017. Oestgeester Courant

 Foto: Wil van Elk – Oestgeester Courant

Boom verbindt na 77 jaar vader met dochter en zoon

De vader van Johan Boeijenk en zijn zus Willemien was aan het begin van de Tweede Wereldoorlog bij Kasteel Oud-Poelgeest gelegerd en kerfde in een boom: W. Boeienk, Winterwijk, 1940. Na een oproep in de weekkrant van Winterswijk meldden zij zich en kwamen zondag 12 maart naar Oegstgeest.

Door: Wil van Elk

Ruurd Kok doet archeologisch onderzoek naar allerlei zaken uit de Tweede Wereldoorlog. “Tot mijn verrassing zag ik in het bos van Oud-Poelgeest een in een boom gekerfde naam die wees op aanwezigheid van Canadezen. Een paar weken geleden zag ik ineens deze naam. Door de plaats en het jaartal vermoedde ik dat het om een gemobiliseerde soldaat zou kunnen gaan.”Na een oproep via Hans Tenbergen van de website Oud-Winterswijk pikte Jan Heynen van de weekkrant van Winterwijk het bericht op. Willemien Slotboom-Boeijenk reageerde dezelfde dag al.

Zondagmiddag gingen bij de koffie in het koetshuis verhalen van vroeger over tafel. Het drietal uit Winterswijk, Wim Slotboom de man van Willemien was er ook, hadden net in het kasteel een boeiende rondgang gehad van Annelies Koningsveld, voorzitter van de Stichting Erfgoed Oud-Poelgeest. Zoon en dochter van de voormalige soldaat van het Korps Rijdende Artillerie, de Gele Rijders, toonden foto’s en brieven die hun vader vanuit Oegstgeest naar huis stuurde. Ruurd Kok genoot zichtbaar van deze informatie en vertelde op zijn beurt het een en ander over de plek waar hun vader verbleef tijdens de mobilisatie.

Bij de boom werden foto’s gemaakt, maar bovenal tastbaar de verbinding gevoeld met hun vader die Willemien en Johan slechts kort hebben gekend. Zij plantten bij de stam van de boom sneeuwklokjes die afstammen van de plantjes die hun vader meenam naar Winterswijk en plantte bij de boerderij van zijn ouders, Het Leessink in Ratum. Een mooi moment. Bij de waterput uit 1550, aan de andere kant van het park, nam het gezelschap afscheid van elkaar. “Wij komen snel weer een keer op bezoek”, vertelden zoon en dochter enthousiast. Ruurd Kok onderzoekt intussen verder.

03 augustus 1963 kwam hij om het leven

Lees verder

Heinz Baur en Günther Jägersberg

Zaterdag 31 Maart 1945

Dokter Bijlsma woonde destijds op de plek waar nu de Hema staat. 
Zaterdagmorgen

Dokter Bijlsma vertelt:

‘Het hele dorp leek wel uitgestorven. Vrijwel iedereen had z’n huis verlaten en had bij familie of vrienden in de buurtschappen onderdak gezocht. 
Als arts kon je moeilijk je huis verlaten; de patienten moesten je toch kunnen vinden? We hadden dan ook een baby van enkele weken en…en goeie kelder. 
Daarom waren we maar thuis gebleven. 
In de voornacht van 30 op 31 maart’45 waren er nogal granaten overgekomen, maar later in de nacht waren we toch in slaap gevallen. 
Tegen 6 uur ’s morgens werden we wakker. M’n vrouw vroeg: 
‘Ga eens even kijken of bakker Paalman nog een brood voor ons heeft’. Ik ging de kelder uit en wandelde door de Misterstraat naar bakker Paalman, die woonde waar nu het babyhuis is. 
Het was onwezenlijk stil in het dorp. 
Even later werd echter de stilte verscheurd door twee Duitse soldaten, die met een motorfiets door de Misterstraat knalden.
Bakker Paalman zat ook in de kelder, maar hij had nog wel een brood voor ons. Natuurlijk bepraatten we nog even met elkaar hoe het nou zou staan met de oorlog. 
Daarna wandelde ik weer naar huis. Dicht bij huis gekomen kwam er weer een motorfiets door de straat, maar nu waren het Engelse soldaten. 
‘Do you speak Englisch’, vroegen ze. Dat deed ik. Toen zag ik ook dat ze een Duitse motorfiets hadden. 
’t Leek wel dezelfde als waarop me straks die Duitsers waren gepasseerd. ‘Oh, we just shot two Germans’, zeiden ze toen ik vroeg hoe ze aan die motorfiets kwamen….
Ze hadden de Duitsers neergeschoten. Later in die ochtend kwamen ze nog eens weer door de straat en toen heb ik weer met hun gesproken. Toen kwamen er van alle kanten mensen toelopen en is deze foto gemaakt.

De beide Duitse soldaten waren: 
Heinz Baur 19 jaar
Günther Jägersberg 24 jaar.

Beide zijn ze begraven op de Alg.begraafplaats en op 14 mei 1957 herbegraven op de Duitse Mil.begraafplaats te Ysselsteyn (Limburg)

Foto: Hans Tenbergen
Lees verder

Geallieerde slachtoffers Woold

Op 30 Maart 1945 sneuvelden de volgende soldaten tijdens de invasie  in het Woold

James Bateman 31 jaar
George Beecroft 23 jaar
Albert Clark 18 jaar
Walter Clark 36 jaar
George Lobley 30 jaar 
Donald Parkman 18 jaar 
Kenneth Webber 27 jaar 
Onbekende soldaat 
Onbekende soldaat

8 tanks gesneuveld aan geallieerde zijde



Luitenant-Kolonel 
Frederick Henry Howard
Geb. 25 Februari 1915 – Overl.6 Mei 2000



Hij was een Britse officier aan wie tweemaal het militaire kruis (MC) voor moedig optreden tijdens operaties werd toegekend en later de orde voor dapperheid en verdienste (DSO) kreeg voor de bevelvoering van het 1st Bataljon Lichte Infanterie Oxfordshire en Buckinghamshire

Dit is het onderdeel dat op 30 maart 1945 in het Woold in gevecht geraakt met de Duitse bezetter en men lijdt forse verliezen. Officier Howard is bij deze gevechten persoonlijk betrokken geweest en door zijn inzet, hij commandeerde de soldaten snel uit de tanks te springen toen zij werden beschoten met antitank granaten, werden verliezen beperkt. Nog tijdens de beschietingen heeft hij met zijn jeep de gewonden overgebracht naar ´de Rozenhoeve´ en daar een noodopvang ingericht.

Winterswijk bevrijdt door de Royal Welsh Fusiliers

53ste Welsh Divisie door de 71ste Infanteriebrigade met het 1st Battaljon Oxford en Buckinghamshire Light Infantry, het 1st Battaljon Highland Light Infantry en het 4th Battaljon Royal Welsh Fusiliers).

Lees verder

Woensdag 21 februari 1945

In den avond van den 21sten Februari 1945, te plm. 10 uur, werd er geweldig druk gevlogen. De vliegtuigen bevonden zich op zeer geringe hoogte en waren in het nu en dan doorbrekende maanlicht zelfs te zien. Plotseling gierde een Duitse nachtjager door de lucht en klonk het geratel van een machinegeweer. 

Een Engelse bommenwerper werd getroffen, vloog in brand en sloeg neer in de omgeving van de voormalige fabriek van de fa.Zwanenberg, bij de boerderij van J.H. Damkot, K 21. Een der inzittenden bleek, wonder boven wonder nog in leven, ofschoon aan het been gewond. Hij werd door de Duitschers als krijgsgevangene meegenomen.

Van de andere leden van de bemanning vond men niet veel meer dan enkele kledingstukken, waaraan nog twee als vliegers geidentificeerd konden worden, t.w.:H.R. Piper en P.I. Green.

Frederick Edwards (Air-Gunner)

Peter I.Green (pilot)

Harry Piper (Flight Engineer)

Gegevens:
Vliegtuig: Lancaster PB666
Basis: Balderton
Bestemming: Duisburg (Dld)
Crash: Winterswijk
Bemanning: 7 ( 3 overleden)



27 Februari 1985

VEERTIG JAAR GELEDEN: BRITSE LANCASTER STORT NEER IN HET WOOLD

Het lag in het voornemen in het tweede artikel, in een serie van zeven, de propaganda-oorlog te beschrijven; echter het was op 21 februari precies 40 jaar geleden dat in de buurtschap Het Woold een vliegtuig neerstorte waarbij drie Britse vliegers om het leven kwamen. Daarom hier een beschrijving van de crash van deze Lancaster, gezien vanuit twee standpunten, namelijk zoals dit geval door de schrijver werd ervaren, en een reconstructie gezien vanaf vliegerskant. 



Het was woensdagavond 21 februari 1945, en we hadden thuis een kaartje gelegd, toen omstreeks negen uur weer eens, zoals vaak die tijd gebeurde, veel luchtactiviteit was waar te nemen, door het enorme gedreun van de motoren van vliegtuigen die over Winterswijk vlogen. 

Het zal omstreeks half tien zijn geweest, toen, nadat we naar buiten waren gaan kijken, opeens hoog in de lucht een vuurverschijnsel viel waar te nemen, dat een in brand staand vliegtuig bleek te zijn. 

Het toestel vloog een westelijke koers, maar veranderd ineens van richting in een zuidelijke koers, en begon hoe langer hoe erger te branden. Gezien vanaf de plaats, in dit geval de Berkenstraat, vloog het richting het Woold, wat later inderdaad bleek juist te zijn, want het stortte neer nabij de boerderij waar destijds de heer Damkot woonde. 

In een rapport van de Duitse Feldgendarme, na de oorlog achterhaald, bleek dat de boerderij genaamd werd Dikke Boschhof, hetgeen Diekebos moet zijn. Bekendheid met de eigenaar van de weide, deed mij besluiten om de andere dag de crash te bekijken. Een enorm gat, met daaromheen verspreid allerlei vliegtuigonderdelen, was de aanblik. 

Zo lag er onder andere de filmrol, die op de fotocamera had gezeten die in elke bommenwerper aanwezig is. Een zware olielucht hing in de omgeving. De Duitse bewaking hield aanvankelijk ieder op een afstand, maar nadien mocht men er dichter bij komen. 

Contacten met de Koninklijke Luchtmacht na de oorlog, waar alle vliegtuigcrashes zijn bijeen gebracht, brachten verdere gegevens aan het licht, omtrent het soort vliegtuig enzovoort. 

Het bleek een Lancaster te zijn, van het 227 Squadron Royal Air Force, die was opgestegen vanaf de vliegbasis Balderton in Zuid Engeland. Het had codenummer PB 666.

Bemanning van Lancaster PB 666 van 227 Squadron RAF.
Neergeschoten op 21 februari 1945 door Heinz Wolfgang Schnaufer.
Drie vliegeniers kwamen om het leven. Pilot Peter Green, flight Engineer Harry Piper (niet op de foto, verving Sgt. John Ling) en Mid-upper gunner Frederick Edwards. De overige 4 konden nog op tijd uit het toestel springen.

Van de zeven inzittenden werden drie man gedood, terwijl de andere vier werden gearresteerd. 

Het rapport spreekt van twee zeer zwaar gewonden, maar er waren uiteindelijk drie doden te betreuren.


In het nu volgende deel uit deze beschrijving komen de namen aan de orde.

Op een vliegbasis in Zuid-Engeland zitten de piloten, de luchtschutters de navigators en al de ander bemanningsleden aan de tafel voor de avondmaaltijd. De zon schijnt nog over de velden, maar het zal niet lang meer duren of de dag is ten einde. Na de maaltijd moeten al de vliegers in de missieroom komen om nadere gegevens te krijgen over het doel dat vannacht op het programma staat. Het is het laatste oorlogsjaar, maar niemand weet dit, op dat moment omdat de oorlog voor Engeland al vanaf 1939 gaande is.

De vliegers gaan op hun gemak naar de kamer, waar ze zich neerzetten in afwachting van hetgeen zal komen. De een rookt nog op zijn gemak een pijp, de ander een Wild Woodbine sigaret of een Palyer van de NAAFI (een legervoorzieningsdienst op het gebied van de persoonlijke verzorging). 

Als allen binnen zijn, komt de missieofficier, om de wachtenden niet langer in de spanning te laten zitten, vertellen wat of het doel zal zijn. Het blijkt de grote industriestad Duisburg te worden in het Ruhrgebied.

De officier beschrijft de te vliegen route over de Noordzee, richting Ameland, dan op de Zuiderzee aan, vandaar verder over Gelderland oostelijk tot de grens, en dan zuidelijk naar het Ruhrgebied. Sommige der vliegers kennen deze route, en ze weten dat het een gevaarlijke reis zal worden. 

Duisburg behoort tot een der zwaarst verdedigde steden in Duitsland, op het gebied van luchtafweer. Menige vriend van de toehoorders liet reeds het leven op deze weg. 

De weerkundig officier geeft de toestand van de te verwachten weersomstandigheden weer, het zal half bewolkt weer zijn met opkomende maan. 

Na de instructies aangehoord te hebben gaan de vliegers naar hun missiehutten om nog even een korte slaap te houden. Om zeven uur in de avond zullen ze dan paraat moeten staan, om tussen half acht en acht uur op te stijgen voor de raid. 

Sommige vliegers die slapen overbodig vinden schrijven nog even een brief naar ouders of verloofdes, of zitten maar zo wat bij elkaar en praten over het een en ander. 

Tegen de tijd dat men aanwezig moet zijn gaan allen naar de afdeling waar de parachutes worden verstrekt alsmede enige versnaperingen in de vorm van chocolade en sinaasappels voor onderweg. Zelf hadden de meesten een thermosfles met koffie of thee meegebracht. Men is tijden zo’n raid al gauw enige uren onderweg, en dan is een drankje wel welkom. 

TAKE OFF

Bij het moment van opstijgen, gaan een minuut of tien van te voren de bemanningsleden de toestellen in, en ieder gaat zijn gang om datgene door te nemen waar hij voor staat. 

Zo gaat bijvoorbeeld de boordwerktuigkundige alle meters en schakelaars uittesten voor de laatste check. Ook de motoren worden gestart en warm gedraaid, alles blijkt goed te werken. 

Het wachten is nu op het commando “Take off”. 

Het is enige minuten over half acht, als vanaf de commandotoren via de radiotelefoon het commando opstijgen komt. 

De eerste  piloot duwt de hendels naar voren en de motoren gaan over op vol gas. 

De Lancasterbommenwerper gaat langzaam naar voren en voegt zich in de rij, welke reeds is gevormd op de vliegbasis door de andere toestellen.

Een voor een gaat men dan de lucht in met op volle kracht draaiende motoren. Nadat men de goede hoogte heeft aangenomen, vliegt men naar het orientatiepunt in de buurt van Dover om daar in formaties te gaan vliegen. 

De Engelse kust gaat onder hen voorbij en men bevindt zich reeds na een korte tijd boven de Noordzee. Het is reeds donker en er treedt nu een korte pauze in voor de vliegers, behalve de boordwerktuigkundige, en men neemt het er even van. 

De boordschutters proberen even de kanonnen en alles verloopt naar wens. Na een korte tijd geeft de eerste piloot door dat men zich boven de Nederlandse kust bevindt in de buurt van Ameland. Zuid-westelijk van de formatie zien de vliegers afweergeschut van de Duitser in werking. De navigator zegt tegen de eerste piloot dat hij de koers iets zuidelijker moet houden. Na een korte tijd komen ze weer boven water: Het is de Zuiderzee. Toch wordt geleidelijk het afweervuur heviger. Overal ziet men nu in de lucht het lichtspoor. 

GOODLUCK

Als men boven de Veluwe vliegt breekt de bewolking en de vliegers zien een maanovergoten landschap van Nederland, waarvan ze weten dat de bevolking hen welgezind is, zo zelfs, dat een schutter iemand vanaf de grond ziet seinen met een lamp “Good Luck”. Het geeft de vliegers moed om verder te gaan. men vliegt thans in de buurt van Doetinchem en zet de koers iets oostelijker richting Borken in Duitsland. Boven Duitsland gekomen zien ze in de verte het opdoemen van een vuurzee, wat ongetwijfeld Duisburg zal zijn. De Mosquito doel-markeerders hadden hun werk reeds gedaan en menige bommenwerper had reeds de bommenlast geloosd. Nu werd het tijd om de voorbereiding te treffen om hun bommenlast af te werpen. Op dat moment neemt de bombaimer (bommenrichter) het commando van de lancaster over. de eerste piloot moet dan de aanwijzingen van de bommenrichter volgen, en het gaat dan: iets meer links, houden zo. Nu komt het er op aan het toestel in bedwang te houden, hetgeen niet gemakkelijk is. 

De lucht is totaal verlicht van het vuur en de schijnwerpers, zodat men een makkelijk doel is voor nachtjagers. De bomdeuren zijn nu geopend en na een halve minuut vliegen, drukt de bombaimer op zijn knop en daar vliegen de bommen uit het toestel naar beneden. De Lancaster krijgt een opwaartse druk en de piloot neemt nu weer bezit van het commando, maakt een draai van negentig graden Noord-oostelijk en begeeft zich op de terugweg. Voor hen is alles weer donker en enige vliegers nemen een slok uit hun thermosfles. 

WINTERSWIJK

Ze vliegen nu koers noord-west, richting Nederlandse grens in de buurt van het grensplaatsje Winterswijk. 

Alles verloopt naar wens en de piloot zegt tegen de bemanning via de boordtelefoon dat hij in Engeland op pils tracteert op de goede afloop. Het zal echter geheel anders verlopen dan men denkt. 

In de omgeving van de Duitse grens, het zal nabij Borken zijn, is opeens in de linker vleugel een enorme klap hoorbaar. Het toestel begint te steigeren en de piloot kon het nog in bedwang houden, Hij vraagt aan de boordwerktuigkundige hoe de toestand van de motoren is en deze ziet het zwaar in. De brand van het toestel neemt grotere vormen aan en er zit niets anders op dan uit het toestel te springen. Men bevindt zich thans boven de Nederlands-Duitse grens en het toestel vliegt van oost naar west. 

Op het moment dat men wil springen wordt het toestel ineens onbestuurbaar en gaat het in een duikvlucht. Er is nu geen tijd meer te verliezen. 

In het toestel bevinden zich zeven mensen die thans voor hun leven moeten vechten. De luiken die voor ontsnapping dienen, worden geopend en enige tijd daarna stijgen er vier uit en hangen aan hun parachute. Helaas kunnen de andere drie om de een of andere reden niet uit stijgen en ze gaan met de bommenwerper ten onder. 

De vliegers aan hun parachute zien met verbijstering hoe het toestel met hun medevliegers op de grond neerstort. Zelf landen ze met hun parachute op de grond en het blijkt dat ze in Nederland zijn neer gekomen in Het Woold bij Winterswijk. Voor hen was de raid achter de rug. Allen werden door de Duitsers in gevangenschap gebracht op die 2 februari 1945. Drie bemanningsleden brachten het er niet goed af; ze lieten het leven in Nederlandse grond. Het waren de vliegers Edwards, Piper en Green, thans begraven op het Algemeen kerkhof te Winterswijk.

Zij die het overleefden waren: Dales, Cassidy, Roberts en Lancaster. Cassidy, die na de oorlog in Canada woonde, in Vancouver, is nog eens terug geweest in Winterswijk bij de familie Riggelink in het Woold. Dezelfde plaats waar Cassidy gedurende de nacht verbleef. De andere dag, toen hij verder wilde lopen naar de linies waar de Britse troepen waren gearriveerd, werd hij gearresteerd door de Feldgendarme.

Foto: Zo zag van Albeslo het vanuit zijn huis aan de berkenstraat. 

Verhaal:B.W.C.van Albeslo, 1985


Gepubliceerd op: 18 augustus 2005

WINTERSWIJK – Op 21 februari 1945 zag Winterswijker Johan te Lintum een Britse bommenwerper neerstorten in de buurtschap Woold. In het vliegtuig zat piloot Peter Isaac Green. Hij overleefde het ongeluk niet. Brenda Green bezocht deze week de plek waar haar broer is omgekomen.

Ze was tien jaar jonger dan haar broer Peter Isaac Green. ‘Hij ging thuis weg toen hij achttien was geworden. Mijn ouders wilden niet dat hij het leger in ging, maar ze konden hem niet tegenhouden.’ 

Brenda Green weet ook zestig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog dat het haar ouders verdriet heeft gedaan toen broer Peter zich eind 1942 vrijwillig voor het Britse leger meldde. Dat verdriet werd nog veel groter toen de familie in februari 1945 een telegram kreeg. ‘Van het War Office, een telegram in een gele envelop’, herinnert zij zich. ‘Ik kwam net van school, mijn ouders huilden vreselijk.’ 

Ze weet niet waar het telegram is gebleven, haar ouders hebben daarna nauwelijks over het overlijden van broer Peter gesproken, het verdriet was te groot. Over de omstandigheden van Peters dood wist ze niets, alleen dat hij was neergestort. 

Brenda wist wel dat Peter op de algemene begraafplaats in Winterswijk lag. Het graf van de piloot werd na de oorlog geadopteerd door de familie Hoekstra. Zij stuurden de Engelse familie Green foto’s van het graf. Die heeft ze nog steeds in haar bezit. 

Bezoek 

Pas vorig jaar bracht de Engelse voor het eerst een bezoek aan Winterswijk. Deze week keerde ze terug. In Duitsland bekeek ze het doel van de Lancaster-bommenwerper. Ze werd begeleid door Peter Monasso van AVOG’s Crash-museum in Lievelde, die de laatste reis van de Engelse bommenwerper heeft gereconstrueerd. Monasso: ‘Bij Gravenhorst werd het Mittellandkanal gebombardeerd, op een plek waar een aquaduct is, een kruising met een ander kanaal. Dat was een strategisch doel.’ De Lancaster slaagde in de missie, maar werd op de terugweg aangevallen door de voor de Duitse Luftwaffe succesvolle Messerschmidt-piloot Heinz Wolfgang Schnaufer. Op diens grafsteen staat dat hij der beste und niebesiegte Nachtjäger des Zweiten Weltkrieges was. 

Knecht 

Johan te Lintum was in de oorlog knecht op boerderij Aarnink in de buurtschap Woold. De 25-jarige zag hoe de bommenwerper werd geraakt. ‘Ik heb het allemaal gezien, in de schijnwerpers. Het was ’s avonds om een uur of tien, half elf. Ik was bij mijn ouders in Ratum. Het vliegtuig kwam brandend naar beneden, het cirkelde en cirkelde.’ 

De volgende ochtend ging Te Lintum naar de boerderij in het Woold, daar bleek dat de Lancaster in het naastgelegen weiland was neergekomen. Vier bemanningsleden konden zich met een parachute redden, piloot Peter Green en twee van zijn maten hadden het niet gered. 

In 1982 werd het toestel door Monasso opgegraven, maar volgens landbouwer Henk te Lintum, nu boer op het Aarnink, herbergt het Wooldse weiland nog steeds resten. ‘Met het ploegen vind ik nog steeds stukken. En kogels liggen er ook nog bij bosjes.’ 

Voor Brenda Green en haar man is het een indrukwekkend bezoek, omdat alle sporen het verhaal van de jonge piloot Peter Green vertellen. Verbitterd is ze niet. ‘Het is zestig jaar geleden.’ 

Ze heeft ook het verhaal van Arnold Dales gelezen, de navigator van de bommenwerper die de crash overleefde. ‘Ik heb daardoor veel informatie gekregen, informatie over een verhaal dat ik nooit eerder had gehoord.’



Heinz Wolfgang Schnaufer
Geboren 16 februari 1922
Overleden 15 juli 1950

Heinz Wolfgang Schnaufer (16 februari 1922 in Calw in Württemberg – 15 juli 1950 in Bordeaux) was een Duitse piloot tijdens de Tweede Wereldoorlog

Heinz Wolfgang Schnaufer steeg 2.300 maal op, maakte hij 1.133 vlieguren en schoot hij op 164 missies niet minder dan 121 bommenwerpers neer. Zijn record was het neerschieten van 9 Lancaster-bommenwerpers op één dag. Een deel van de geallieerde vliegtuigen werd door Heinz Wolfgang Schnaufer boven Nederland en België afgeschoten.Majoor Schnaufer werd na de oorlog al snel weer uit Britse krijgsgevangenschap ontslagen. Hij ging in de wijnhandel van zijn familie, de Schlossbergkellerei in Calwwerken. In 1950 verongelukte hij in Frankrijk bij een verkeersongeval.

De verticale stabilisator van Heinz-Wolfgang Schnaufer’s Bf 110 nachtjager . Het toont al zijn 121 overwinningen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Getoond in het Imperial War Museum, Londen.

Daarmee was hij in Duitsland beloond. 

Ik laat u het gedeelte zien waar ook 21-2-1945 opstaat.

Dit was het laatste geallieerde vliegtuig, dat in onze gemeente verongelukte.



Lees verder

Zondag 4 februari 1945

4 Febr. 1945 kwam onder de gemeente Aalten een Mosquitovliegtuig neer, waarbij twee vlieger-officieren den heldendood vonden. 

Hun namen waren:

Mike Ewaschuk, off. bij de Canadese Luchtmacht (R.C.A.F.) (Piloot)

Robert M.M. Strattan, off. bij de Britse Luchtmacht (R.A.F.) (Navigator)

Robert Strattan
Foto: Peter Rhebergen

Gegevens:
Vliegtuig: Mosquito PZ235
Basis: Hartfordbridge (Hook)

Bestemming: Osnabruck: Crash: Haart Aalten (nabij boerderij H.Smees, Haart 69)
Bemanning: 2 (beide overleden)

Door bijzondere omstandigheden zijn de lijken van deze vliegers op het Alg. Kerkhof in onze gemeente ter aarde besteld. (05-02-1945)

Opgestegen: Hartford Bridge Engeland met 12 andere toestellen

Mike Ewaschuk
Foto: Peter Rhebergen
Zussen Elsie en Lizzy, Mike Ewaschuk, 25-06-1989
Foto: Peter Rhebergen

Mike Ewaschuk is geboren in 1920 in Canada, Edmonton.Hij was de oudste uit een gezin van 5 kinderen. In 1928, op achtjarige leeftijd verhuizen ze naar Vegreville (Canada), waar hij ook naar school gaat en later in Edmonton de opleiding onderwijzer volgt.Na 1 jaar onderwijzer, meld hij zich in 1941 bij de luchtmacht, aangezien zijn geboorteland Canada ook bij de oorlog betrokken raakt en hij een bijdrage wil leveren aan de beeindiging v.d. oorlog.

Na een twee-jarige opleiding vertrekt hij op 20 mei 1943 naar Engeland om zich bij No.418 Squadron v.d. Canadese luchtmacht te vervoegen.

Vanaf november 1944 beginnen de vluchten op Duitsland. Hij samen met Robert Strattan. Na verschillende geslaagde vluchten wederom op 4 februari 1945.Later op de dag, 04 februari 1945 staat in het vliegerslogboek:


NYT – NOT YET RETURN

Door een luchtgevecht of door luchtafweergeschut zijn ze neergestort op de Haart te Aalten. Beide verminkte lichamen lagen naast de resten van hun toestel. Door de Winterswijkse luchtbeschermingsdienst zijn Mike (24) en Robert (23) gekist en begraven op het geallieerde alg.kerkhof te Winterswijk

Op zijn grafsteen staat:
Rest in peace dear son may freedom prevail throughout the world.
Rust zacht lieve zoon, moge de vrijheid over de hele wereld heersen.

LATEN WIJ HEN IN ERE HOUDEN

Bron: Peter Rhebergen
AVOG crashmuseum Lievelde



Lees verder

Maandag 25 december 1944

Op 25 December ’44, 1e Kerstdag, kwam ‘s morgens 10.00-11.00 een “Jabo”, getroffen door het Duitse afweergeschut (het enigste succes van de “Flak” in ruim een half jaar)  brandend neer in een weiland, kort bij de nieuwe Boterfabriek. De piloot, de ond.off. Peter Charles Nightingale Green, geb. 15-03-’24, kwam hierbij om ’t leven. Het stoffelijk overschot werd bij dat van de reeds eerder gevallen vliegers op de Alg. Begraafplaats ter aarde besteld.

Peter Charles Nightingale Green



Gegevens:
Vliegtuig: Typhoon MN206
Basis: Deurne B70  (Belgie)
Bestemming: Dingden  (Germany)
Crash: Winterswijk
Bemanning: 1 (overleden)



Lees verder

Dinsdag 24 oktober 1944

In den nacht van 23 op 24 October 1944 kwamen de brokstukken van een geallieerde bommenwerper neer in Huppel nabij de Duitsche grens. Het was een met bommen geladen Engelsche machine van het Wellington type, welke was aangeschoten door een Duitse nachtjager, en daarna in de lucht is geexplodeerd. De lijken van de 7 inzittenden lagen op grote afstand verspreid, doch waren goed herkenbaar.

Hier volgen de namen van deze gevallen luchthelden:

Ian Hunter Fleming (Flight sergeant)

John Edmond J. Kelly. (Flight sergeant)

Arthur Llewellyn (Flight sergeant)

Douglas MacLean (Flying officer)

Frank Niblett (Sergeant)

John Philip (Warrant officer)

Kenneth Rowley (Flight sergeant)

Gegevens:
Vliegtuig: Lancaster PD331
Basis:
Bestemming: Essen (Dld)
Crash: Winterswijk
Bemanning: 7 (allen overleden)

Als bijzonderheid kan vermeld worden, dat de vader van de gesneuvelde sergeant Ian Hunter Fleming, een Australiër, die zelf bij de Engelsche troepen in Duitschland was ingedeeld, hier bij de Luchtbeschermingsdienst inlichtingen heeft ingewonnen omtrent de omstandigheden, waaronder zijn zoon gevallen was, waarna hij diens graf heeft bezocht.

Een broer van een andere gesneuvelde van deze groep vliegers ontdekte door een toeval, dat diens laatste rustplaats zich hier bevond. Diep onder den indruk bedekte hij zijn graf met bloemen.

Lees verder

Vrijdag 14 mei 1943

In den nacht van 13 op 14 Mei 1943 kwam om plm. 2 uur een Engelsch twee-motorige bommenwerper van het Wellingtontype neer in de buurtschap Huppel, in de omgeving van de boerderij van J.W.Kruisselbrink, F 20. Het toestel was door een Duitsche nachtjager neergeschoten. Tusschen de wrakstukken en daaromheen werden de lijken van de 5 inzittenden gevonden, waarvan er 3 geheel verkoold en onherkenbaar waren.

De namen van de twee geidentificeerde vliegers waren:T.H. Smith en L.I. Mobley ).

Andrew Cresswell (Sergeant)

Edward Gummer(Sergeant)

Innis Mobley (Sergeant)

Thomas Smith (Sergeant)

George Wood (Sergeant)




Gegevens:
Vliegtuig: Wellington HE440
Basis: YorkshireBestemming: Duisburg (Dld)
Crash: Winterswijk
Bemanning: 5 (allen overleden)

Lees verder

Zaterdag 1 Mei 1943

Op 1 Mei 1943, ’s nachts te plm. half drie, stortte een grote bommenwerper neer naast de boerderij van J. Prange, Woold K 163. Bij onderzoek bleek deze melding een Engelsch vliegtuig te betreffen, hetwelk door een Duitse Messerschnmitt-110 nachtjager, bestuurd door Hauptmann Wilhelm Dormann was neergeschoten. Bij het neerstorten explodeerde een brisantbom van zeer zwaar kaliber. Kilometers in de omtrek lagen onderdeelen van den bommenwerper verspreid. In de omgeving van het wrak werden te ongeveer 6 uur ’s morgens de lijken van zeven vliegers gevonden, die vermoedelijk getracht hebben, met behulp van hun parachute, het vliegtuig te verlaten, hetgeen hun waarschijnlijk door de te geringe hoogte, niet meer is gelukt.

Hierdoor zijn zij op een gruwelijke wijze te pletter gevallen.

De stoffelijke resten werden op Maandag 3 Mei ’43 op de Alg. Begraafplaats ter aarde besteld. 7 slachtoffers konden geidentificeerd worden. Het lichaam van Derek Sheldon is echter niet gevonden.
De volgende vliegers waren aan boord:

Leonard Gill (Sergeant)

Frank Gillan (Flight sergeant)

Kenneth Hall (Flight sergeant)

Jack Harris(Sergeant)

Ronald Martin (Sergeant)

James Potts (Flight Lieutenant)

Derek Sheldon (Flight Sergeant)

William Woodland (Sergeant)



Gegevens:
Vliegtuig: Lancaster W4925
Basis: Lincolnshire
Bestemming: Essen (Dld)
Crash: Winterswijk
Bemanning: 8 (allen overleden)



4 Mei 1943:
Winterswijkse Courant (Nieuwe Wint.Courant mocht niet uitkomen)

Gevallen Engelsche officieren de laatste eer bewezen.
Op de Algemeene Begraafplaats werd Maandagmorgen met militair eerbetoon het stoffelijk overschot van een 7-tal Engelsche offcieren, Vrijdagavond bij een luchtgevecht om het leven gekomen, aan den schoot der aarde toevertrouwd.
Namens het Duitsche Luftwaffen waren 7 kransen neergelegd. Bij de indrukwekkende plechtigheid waren tegenwoordig: Een vertegenwoordiger van de Duitse weermacht, Dr.W.P.C.Bos, Burgemeester onzer gemeente, Ds.E.Reeser als predikant, de heer Schaffeld, Ortsgruppenleiter der N.S.D.A.P., de gemeentesecretaris, de Inspecteur van Politie en het hoofd van den Luchtbeschermingsdienst.
Nadat de kisten waren neergelaten, sprak allereerst de vertegenwoordiger der Duitse weermacht een afscheidswoord. In den strijd, aldus deze, zijt gij gevallen en dan zwijgt het vijandschap. In Winterswijk hebt gij den dood gevonden, daar zult gij uw graf vinden.
Omdat een soldatendood een eeredood is, is een soldatengraf een eeregraf. het is de plicht van den Duitschen soldaat U een eeregraf te geven.
Daarvoor is deze plaats uitgekozen. In opdracht der Duitsche Weermachtofficieren breng ik U deze laatsten groet.
Daarop weerklonken van een vuurpeleton drie salvo’s , waarop de heer Reeser een kort woord sprak.

Nademale ’t den Alnachtigen God behaagd heeft, aldus Ds.Reeser, deze mannen uit de tijdelijkheid tot de Eeuwigheid te roepen. bevelen wij hen in Gods hand en bestellen hun lichaam in Gods akker.
Stof bij stof, asch bij asch, aarde bij aarde, in de zekere wetenschap van de opstanding uit de dooden. Hij eindigde met de voorlezing van het Onze vader.

De burgemeester, die daarna sprak, zeide, dat de gemeente Winterswijk de nagedachtenis van hen, die gevallen zijn in de uitoefening van hun hoogsten plicht, het meest treffend kan eeren door hen een laatste rustplaats te geven op een eerekerkhof.
Daarom is een deel der begraafplaats als zoodanig ingericht.
Allen die gevallen zijn bij de uitoefening van hun heiligsten plicht, zullen daar aan den schoot der aarde worden toevertrouwd.
Daarmede was deze treffende plechtigheid afgeloopen.


Verhaal Peter Rhebergen

De fatale vlucht van Derek Sheldon
De Britse sergeant Derek Sheldon werd op 13 maart 1920 in Londen geboren. Op vrijdag 30 april 1943 stapte hij laat in de avond op het vliegveld Wickenby in zijn Lancaster bommenwerper om bombardementen boven Duitsland uit te voeren. Aan deze missie kwam voortijdig een einde, want op 1 mei 1943 crashte de bommenwerper van Sheldon in het Woold. De 23-jarige flight sergeant kwam daarbij om het leven.

Sheldon maakte deel uit van een bemanning van in totaal acht vliegers. Zes van hen slaagden er nog wel in het brandende vliegtuig te verlaten, maar ook zij hebben de crash niet overleefd omdat hun parachutes zich niet meer tijdig konden openen. Hun lichamen werden in de directe nabijheid van het vliegtuigwrak gevonden. De zevende vlieger werd levenloos in de restanten van de bommenwerper aangetroffen. Zij liggen allen begraven op de Algemene Begraafplaats in Winterswijk en hebben een gedenksteen waar elk jaar op 4 mei bloemen worden gelegd om hen niet te vergeten.

Het lichaam van Derek Sheldon is nooit gevonden. De kracht van de explosie van de zeer zware bom aan boord van het vliegtuig was zo hevig dat er niets van hem is teruggevonden. De explosie sloeg een diepe krater op de plek van de crash. Derek Sheldon kon niet begraven worden en heeft daarom ook geen gedenksteen op de begraafplaats in Winterswijk. Zijn naam staat wel op het grote Runnymede Memorial in Engeland, waarop meer dan 20.000 vermiste vliegers staan vermeld. Om de herinnering aan Derek Sheldon levend te houden is op de begraafplaats momenteel tijdelijk een foto van hem geplaatst tussen zijn zeven collega-bemanningsleden.

Peter Rhebergen


Lees verder