In januari 1941 had de Duitse bezetter aangekondigd dat alle Joden in Nederland zich dienden te registreren. Op dat moment verbleven in Nederland 160.000 Joden, waarvan 137.000 de Nederlandse nationaliteit hadden. Uiteindelijk werden 157.000 Joden bij de Zentralstelle für jüdische Auswanderung, het centrale bureau voor Joodse emigratie, in Amsterdam geregistreerd, waaronder ook de ‘kwart- en half-Joden’, dat wil zeggen de Joden met respectievelijk één en twee Joodse grootouders.
13 februari 1941: Oprichting Joodse Raad
Leiding: David Cohen en Abraham Asscher
19-05-1941: Besluit Reichskommissariat Niederlande, verwijderen van alle Joden uit Nederland.
20-01-1942: Wannseeconferentie Berlijn: Besluit ‘Die Endlösung’
26 juni 1942: aankondiging aan Joodse Raad deportatie’s
04 juli 1942: Eerste oproepen voor ‘arbeidsinzet’ in Duitsland.
00-12-1942: Jaap van Duijn (dwangarbeider) meldt zich bij verlof als tuinman vanuit Auschwitz bij de Joodse Raad met zijn constateringen van vernietiging. Zijn verhaal wordt aangehoord, maar hij wordt niet toegelaten tot Ascher en Cohen.
29 september 1943: Amsterdam ‘Judenrein’ .Hollandse schouwburg gesloten. Joodse Raad Amsterdam opgeheven en op transport